Gemeente Rotselaar

Datum van de zitting: 17 december 2019

Om 20u00 tot 20u30

 

Aanwezig:

Bart De Vos, voorzitter;

Jelle Wouters, voorzitter vast bureau;

Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Nele Demuynck, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Ingrid Van Steenberge, Noëlla D'Hooghe, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Ellen De Rijck, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx, raadsleden;

Dirk Claes, Dirk Jacobs, Patrick Vervoort, Carine Goris, Piet De Bruyn, leden vast bureau;

An Craninckx, algemeen directeur;

 

Overzicht punten

Openbare zitting van 17 december 2019

 

Goedkeuring notulen van de vorige vergadering

 

Juridische gronden

          Artikel 32 en 74 van het decreet over het lokaal bestuur

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt, mits eventuele aanpassingen, de notulen van de vorige zitting goed.

 

Besluit

Na beraadslaging,

25stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Dirk Jacobs, Patrick Vervoort, Carine Goris, Piet De Bruyn, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Nele Demuynck, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Ingrid Van Steenberge, Noëlla D'Hooghe, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Ellen De Rijck, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Bart De Vos

Enig artikel:

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de notulen van de vergadering van 19 november 2019 goed.

 

Publicatiedatum: 12/02/2020
Overzicht punten

Openbare zitting van 17 december 2019

 

Aanpassing rechtspositieregeling - goedkeuring

 

Voorgeschiedenis

          De rechtspositieregeling van het OCMW-personeel, na aanpassingen van de raad voor maatschappelijk welzijn van 21 juni 2012, 20 december 2012, 24 april 2014 en 23 november 2017.

          Gemeenteraadsbesluit van heden houdende goedkeuring van de aanpassingen van de rechtspositieregeling voor het gemeentepersoneel.

 

Feiten en context

          Binnen de huidige arbeidsmarkt heerst een trend van 'war for talent'. Als lokaal bestuur wordt het alsmaar moeilijker om geschikte werknemers te vinden, dit onder andere door de beperkte extralegale voordelen die kunnen aangeboden worden en de minder competitieve loonsvoorwaarden ten opzichte van de privé-arbeidsmarkt.

          Om zich te profileren als aantrekkelijkere werkgever wenst het bestuur een aantal wijzigingen door te voeren aan de rechtspositieregeling, dit binnen de mogelijkheden die hiervoor bestaan in het Besluit van de Vlaamse regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het

gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de

rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk

welzijn.

 

Juridische gronden

          Wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.

          Koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot

regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.

          Artikel 186, §1, 2, 3 en 4 van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017

De raad voor maatschappelijk welzijn stelt de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel op.

          Besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn

Dit besluit regelt de minimale voorwaarden voor de lokale rechtspositieregeling.

 

Adviezen

          Het protocol van akkoord van het Bijzonder onderhandelingscomité van 26 november 2019 over de voorgestelde wijzigingen aan de rechtspositieregeling van het OCMW-personeel.

 

Argumentatie

          Om enkele bepalingen in de huidige rechtspositieregeling te vereenvoudigen en via een aantal wijzigingen aanstellingen van nieuwe werknemers aantrekkelijker te maken, wenst het bestuur volgende wijzigingen aan de huidige rechtspositieregeling toe te passen:

          Volgens de huidige voorschriften dient bij een selectieprocedure met meer dan 30 kandidaten een preselectie met schriftelijke proef van het type meerkeuzevragen te worden georganiseerd.

Het bestuur wenst dit te vereenvoudigen door gebruik te maken van een 'betrouwbare selectietechniek voor preselectie'.

          Om in aanmerking te komen voor de bevorderingsprocedure wenst het bestuur de bevorderingsvoorwaarden te wijzigen in die zin dat het personeelslid dient te beschikken over 'een diploma vereist voor het onderliggende niveau'.

          Het bestuur wenst de anciënniteiten te laten meerekenen als volgt: volledige geldelijke, niveau-, graad en schaalanciënniteit voor beroepservaring in overheid en relevante beroepservaring in privé-sector of als zelfstandige.

 

Besluit

Na beraadslaging,

25stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Dirk Jacobs, Patrick Vervoort, Carine Goris, Piet De Bruyn, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Nele Demuynck, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Ingrid Van Steenberge, Noëlla D'Hooghe, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Ellen De Rijck, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Bart De Vos

Artikel 1: Preselectie

In artikel 18 wordt het woord 'schriftelijk' geschrapt:

 

'De algemene regels voor de selectie worden als volgt vastgesteld:

          Selectie-examens: de aanstellende overheid organiseert de examens. Indien het

aantal kandidaten meer dan 30 bedraagt, kan een schriftelijke preselectie georganiseerd

worden. De kandidaten worden ten minste 14 kalenderdagen vooraf schriftelijk op de

hoogte gebracht van de data en het uur waarop en de plaats waar de examens worden

afgenomen. Zij worden tegelijk in kennis gesteld van het examenprogramma.'

 

Artikel 2:

In artikel 19, §1 wordt 'De keuze van de selectietechnieken, uitgezonderd wat betreft een preselectie: deze bestaat uit een schriftelijke proef van het type meerkeuzevragen.' vervangen door:

 

'De keuze van de selectietechnieken, waaronder, in voorkomend geval, het gebruik van een betrouwbare selectietechniek voor preselectie.'

 

Artikel 3: Diplomavereiste bij bevordering

Artikel 40 §2 wordt aangevuld als volgt:

 

'§2 Voor de deelname aan een bevorderingsprocedure komen volgende personeelsleden in

aanmerking:

1° de vast aangestelde statutaire personeelsleden die aan de bevorderingsvoorwaarden voldoen, zoals vermeld in artikel 44 §1, met uitzondering van de diplomavereiste. Om in aanmerking te komen voor de bevorderingsprocedure dient het personeelslid te beschikken over een diploma vereist voor het onderliggende niveau;

ongeacht hun administratieve toestand;

2° de contractuele personeelsleden die aan de bevorderingsvoorwaarden voldoen, zoals vermeld in artikel 44 §1, met uitzondering van de diplomavereiste. Om in aanmerking te komen voor de bevorderingsprocedure dient het personeelslid te beschikken over een diploma vereist voor het onderliggende niveau.'

 

Artikel 4: Schaalanciënniteit

In artikel 112 wordt 'en schaalanciënniteit' toegevoegd:

 

'De graad-, niveau-, dienst- en schaalanciënniteit bestaan uit de werkelijke diensten die bij een overheid werden gepresteerd.'

 

Artikel 5:

In artikel 116 §2 wordt 'met uitzondering van de schaalanciënniteit' geschrapt:

 

'§2. De diensten die gepresteerd werden bij een andere overheid, worden in aanmerking

genomen voor de vaststelling van de administratieve anciënniteiten, met uitzondering van de schaalanciënniteit.'

 

Artikel 6:

In artikel 117 wordt 'en schaalanciënniteit' toegevoegd:

 

'Aan het personeelslid met beroepservaring in de privé-sector of als zelfstandige wordt

graadanciënniteit, niveauanciënniteit en dienstanciënniteit en schaalanciënniteit toegekend als die beroepservaring relevant is voor de functie waarin het personeelslid wordt aangesteld.'

 

Artikel 7:

In artikel 150 wordt 'tot maximum 10 jaar' vervangen door 'volledig':

 

'Beroepservaring in de privé-sector of als zelfstandige wordt volledig in aanmerking genomen, voor de toekenning van periodieke salarisverhogingen, op voorwaarde dat ze relevant is voor de uitoefening van de functie.'

 

Artikel 8:

Deze wijzigingen treden in werking met ingang van 1 januari 2020.

 

Artikel 9:

De artikelen 112, 116, 117 en 150 zijn van toepassing met ingang van 1 januari 2020, voor de personeelsleden die in dienst zijn getreden sedert 1 januari 2015.

 

Publicatiedatum: 12/02/2020
Overzicht punten

Openbare zitting van 17 december 2019

 

Verhoging van de tweede pensioenpijler voor contractuele personeelsleden - goedkeuring

 

Voorgeschiedenis

          Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 25 november 2010: Invoering aanvullend pensioenstelsel voor de contractuele personeelsleden: pensioentoelage van 1% op het pensioengevend jaarloon.

 

Feiten en context

          De raad voor maatschappelijk welzijn voerde in 2010 een aanvullend pensioenstelsel in voor de contractuele personeelsleden.

          De Federale Pensioendienst trad op als opdrachtencentrale voor de gunning aan een verzekeringsinstelling waarbij de opdracht werd toegewezen aan een samenwerking tussen Dexia Verzekeringen (Belfius) en Ethias onder de vorm van een tijdelijke handelsvennootschap.

          De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid zorgt voor het doorsturen van de nodige gegevens (o.m.

over tewerkstelling en salaris) aan de groepsverzekeraar.

          De wetswijziging van 30 maart 2018 maakt het voor een lokaal bestuur mogelijk om korting te krijgen op de responsabiliseringsbijdrage voor het statutair personeel wanneer zij een aanvullende pensioenregeling treft voor haar contractueel personeel, mits voldaan wordt aan een aantal belangrijke voorwaarden;

1) Alle contractuele personeelsleden moeten kunnen genieten van een aanvullend pensioen, zonder onderscheid en zonder uitzondering.

2) Er mag geen aansluitingsleeftijd vooropgesteld worden.

3) De belangrijkste voorwaarde echter om de korting op de responsabiliseringsbijdrage te verkrijgen, is dat er minstens een bijdrage van 2% wordt toegepast voor het aanvullend pensioen vanaf 2020 en minstens 3% vanaf 2021.

 

Juridische gronden

          De wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid;

          Het sectoraal akkoord 2008-2013 voor het personeel van de lokale en provinciale besturen, afgesloten in het Vlaamse onderhandelingscomité C1 van 19 november 2008;

          Het kaderreglement tweede pensioenpijler contractanten dat met de representatieve vakorganisaties onderhandeld werd in het Vlaamse onderhandelingscomité C1 van 9 december 2009, zoals van toepassing vanaf 1 januari 2019;

          De wet op de overheidspensioenen van 30 maart 2018: een lokaal bestuur kan korting krijgen op de responsabiliseringsbijdrage bij het verhogen van de tweede pensioenpijler voor contractuelen;

          Rechtspositieregeling OCMW Rotselaar gecoördineerd van 23 november 2017;

 

Argumentatie

          Er wordt voorgesteld om de pensioentoelage op het pensioengevend jaarloon van contractuele personeelsleden te verhogen van 1% naar 3 % vanaf 1 december 2019.

          De daartoe verschuldigde premie mag voor de helft in mindering gebracht worden van de voor het beschouwde kalenderjaar verschuldigde responsabiliseringsbijdrage.

          Ook de werkgeversbijdrage van 8,86% die op de premies wordt geheven, is begrepen in de kost die de betrokken overheidswerkgever mag aftrekken.

          Aangezien de wijzigingen ingaan vanaf 1 december 2019 zal de korting de eerste keer worden toegepast op de responsabiliseringsbijdragen betaald voor het jaar 2019.

          Het voordeel dat aldus wordt toegekend aan de contractuele personeelsleden wordt hiermee gekoppeld aan een verlaging van de verschuldigde bijdragen voor de statutaire personeelsleden.

          Het doel is om de kloof tussen het contractueel en het statutair personeel verder te verkleinen.

 

Adviezen

          Het protocol van akkoord van het hoger en bijzonder overlegcomité van 26 november 2019.

 

Besluit

Na beraadslaging,

25stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Dirk Jacobs, Patrick Vervoort, Carine Goris, Piet De Bruyn, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Nele Demuynck, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Ingrid Van Steenberge, Noëlla D'Hooghe, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Ellen De Rijck, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Bart De Vos

Artikel 1:

De pensioentoelage voor contractuele personeelsleden bedraagt 3 % van het pensioengevend jaarloon met ingang van 1 december 2019.

Artikel 2:

De raad voor maatschappelijk welzijn gaat akkoord met het kaderreglement tweede pensioenpijler contractanten van 9 december 2009, zoals vervangen vanaf 1 januari 2019, dat als bijlage wordt toegevoegd.

Artikel 3:

De raad voor maatschappelijk welzijn zal het pensioenreglement, met name dit besluit en het kaderreglement tweede pensioenpijler contractanten (bijlage) ter beschikking stellen van zijn contractuele personeelsleden.

Artikel 4:

Een afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, Victor Hortaplein 11, 1060 Brussel.

 

Publicatiedatum: 12/02/2020
Overzicht punten

Openbare zitting van 17 december 2019

 

Goedkeuring exclusiviteitsovereenkomst met de zelfstandige groepering 'Interleuven ondersteunende activiteiten': Gebouwen en infrastructuur: Technische en administratieve begeleiding, adviseren en coördineren van projecten

 

Voorgeschiedenis

          Het besluit van de raad van bestuur van Interleuven van 22 mei 2019 houdende het voorstel tot aanpassing van de statuten van Interleuven en met betrekking tot de omschrijving van de diensten waarop de deelnemers beroep kunnen doen in het kader van wederzijdse exclusiviteit.

          Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 27 augustus 2019 waarbij werd beslist akkoord te gaan met de voorgestelde aanpassingen in de statuten en in de bijlagen.

          Het besluit van de bijzondere algemene vergadering van Interleuven van 11 september 2019 waarbij de statutenwijziging werd goedgekeurd.

 

Feiten en context

          Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn is in de mogelijkheid om als deelnemer van Interleuven als dienstverlenende vereniging en als deelnemer van de zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten beroep te doen op de diensten van zijn intercommunale, alsook op deze diensten dewelke in exclusiviteit worden aangeboden.

          Volgens de als bijlage gevoegde lijst bij de statuten van Interleuven blijkt dat :

1.5. Gebouwen en infrastructuur: Technische en administratieve begeleiding, adviseren en               coördineren van projecten

kan worden gerealiseerd.

          De zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’ is er bij de uitvoering van deze diensten in opdracht van een deelnemer zelf toe gehouden om de overheidsopdrachtenwetgeving na te leven.

          De toekenning bij exclusiviteit van voornoemde opdrachten aan de zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’ onder meer tot voordeel heeft dat er op de door de eigen personeelsleden van de zelfstandige groepering ‘InterLeuven ondersteunende activiteiten’ geleverde prestaties geen btw zal worden doorgerekend naar de deelnemer toe; dat op alle andere prestaties en kosten uiteraard wel btw verschuldigd blijft.

          Daarenboven wordt in de statuten van Interleuven voorzien in een vergoedingssysteem waarbij op transparante basis de kosten kunnen worden toegewezen;

          Er zal inzonderheid bij exclusiviteit worden gewerkt op basis van een kosten- en expertisedelend principe waarbij in artikel 14.2 van de statuten uitdrukkelijk wordt bepaald: “De kosten verbonden aan de exclusieve dienstverlening, zoals omschreven in art. 3 worden verrekend aan de deelnemers op basis van het kosten- en expertisedelend principe. Voor de aanrekening van de prestaties verleend in het kader van de wederzijdse exclusiviteit, zal gewerkt worden met een open boekhouding”.

          Het systeem van de open boekhouding laat toe om permanent de kosten van het project op te volgen.

          De uurlonen voor de personeelsleden worden door de zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’ op basis van de reële kostprijs als volgt bepaald (toestand op 01-10-2019):

          Projectleider/specialist-expert: 88,00 euro

: (basis na de komma 88,28 euro)

          Projectmedewerker-expert: 78,00 euro

: (basis na de komma 78,33 euro)

          Projectmedewerker: 72,00 euro

: (basis na de komma 72,12 euro)

          Administratieve ondersteuning: 65,00 euro

: (basis na de komma 64,66 euro).

De hier opgegeven uurlonen zijn gekoppeld aan de indexaanpassing van de lonen zoals toepasselijk in de openbare sector. Alle andere kosten, zoals verplaatsingskosten, uitrustingskosten, enz. zijn begrepen in deze uurprijs.

          De uurlonen worden telkens berekend op een cijfer na de komma waarna overgegaan wordt tot afronding op het lagere of hogere eenheidscijfer. Bij een volgende indexering wordt terug uitgegaan van het vorige, na de komma bekomen cijfer, zodat telkens een correcte berekening van de uurtarieven plaatsvindt.

          Het afsluiten van deze exclusiviteitsovereenkomst heeft tevens tot gevolg dat het openbaar centrum voor maatchappelijk welzijn zich ertoe verbindt om voor de diensten dewelke in deze overeenkomst worden omschreven, uitsluitend een beroep te doen op de diensten van de zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’, en dit voor een welomschreven periode dewelke echter de duur van zes jaar niet mag overschrijden.

          Het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn kan aldus kiezen om voor de betrokken diensten een beroep te doen op de zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’, dan wel om deze diensten zelf uit te oefenen, doch ziet hierbij wel af van de mogelijkheid om de dienst, gedurende de looptijd van de exclusiviteit, te laten uitvoeren door derden.

          De raad voor maatschappelijk welzijn beperkt aldus de duurtijd van de betrokken diensten tot en met 31-12-2025 met dien verstande dat opdrachten dewelke werden toegekend vóór het verstrijken van voormelde periode zullen worden afgewerkt onder het systeem van de exclusieve dienstverlening en aldus zonder aanrekening van btw.

          Voor de uitvoering van deze exclusieve taken wordt gewerkt overeenkomstig in bijlage toegevoegde samenwerkingsovereenkomsten.

 

Juridische gronden

          Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

          De thans van kracht zijnde statuten van Interleuven zoals gepubliceerd in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 9 oktober 2019 onder nummer 19134061.

 

Adviezen

          De financieel directeur verleende op 4 december 2019 gunstig advies op voorwaarde van goedkeuring van het meerjarenplan 2020-2025 en het niet overschrijden van de voorziene kredieten.

 

Argumentatie

          Ter ondersteuning van de gemeentelijke diensten en omwille van bovenvermelde argumenten is het aangewezen om de diensten 'Technische en administratieve begeleiding, adviseren en coördineren van projecten' voor het werkgebied 'Gebouwen en infrastructuur' bij exclusiviteit toe te kennen aan de zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’.

 

Financiële gevolgen

De kredieten worden voorzien op de desbetreffende projecten.

 

Besluit

Na beraadslaging,

25stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Dirk Jacobs, Patrick Vervoort, Carine Goris, Piet De Bruyn, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Nele Demuynck, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Ingrid Van Steenberge, Noëlla D'Hooghe, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Ellen De Rijck, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Bart De Vos

Artikel 1:

De volgende diensten, zoals voorzien in de bijlagen van de statuten van Interleuven, worden in exclusiviteit toegekend aan de zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’ met ingang van 01-01-2020 tot en met 31-12-2025:

 

1.5. Gebouwen en infrastructuur: Technische en administratieve begeleiding, adviseren en               coördineren van projecten

 

Artikel 2:

Onderhavige overeenkomst ter uitvoering van deze exclusieve diensten wordt goedgekeurd:

 

Artikel 1: VOORWERP EXCLUSIEVE DIENST

 

§1. Huidige overeenkomst wordt tussen partijen gesloten in uitvoering van het besluit van de gemeenteraad van Rotselaar genomen in zitting van 17-12-2019 waarbij de volgende diensten in exclusiviteit worden toegekend aan de zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’ voor een periode van 01-01-2020 tot en met 31-12-2025, met dien verstande dat opdrachten die werden toegekend vóór het verstrijken van voormelde periode, zullen worden uitgevoerd onder het systeem van de exclusieve dienstverlening tot datum van definitieve oplevering:

 

1.5. Gebouwen en infrastructuur: Technische en administratieve begeleiding, adviseren en coördineren van projecten

 

§2. De overeenkomst heeft tot doel de voorwaarden en modaliteiten van deze samenwerking vast te leggen.

 

Artikel 2: OMSCHRIJVING VAN DE EXCLUSIEVE DIENSTVERLENING - DEFINITIE

 

De zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’ zal voor de in artikel 1 bepaalde periode instaan voor:

 

1.5. Een project opzetten, inspireren, adviseren en coördineren om op een gestructureerde

manier tot een goede ontwikkeling te komen.

 

Artikel 3: WERKWIJZE - ADMINISTRATIEVE EN TECHNISCHE CONTRACTUELE BEPALINGEN

 

WERKWIJZE

 

1. Het ondersteunen van de technische dienst / dienst omgeving:

          Het opmaken en opvolgen van eenvoudige aanbestedingsdossiers van gebouwen en infrastructuurwerken.

          Het opmaken van de nodige vergunningen voor deze werken.

          Het opvolgen van de werken uitgevoerd door de gemeentelijke werklieden en/of aannemers.

          Het opmaken van haalbaarheidsstudies in het kader van mogelijke toekomstige ontwikkelingen.

          Het verstrekken van technische raadgevingen.

          Doorlichting van bestaande gebouwen in zijn huidige configuratie : beschrijving van de bouwkundige staat en technische installaties, oplijsting van technische gebreken, in kaart brengen van knelpunten in de organisatie van het gebouw, toetsing gebouw aan de vigerende wetgeving (brandpreventie, toegankelijkheid, energieprestatie , …), oplijsten en analyseren huidige kosten.

          Opmaak van een schetsvoorstel met een betere organisatie van gebouwen en met een voorstel van ingrepen o.a. ter verbetering van de energieprestatie van het gebouw, zonder wijzigingen aan te brengen aan de bestaande volumes, en met een raming van de voorgestelde maatregelen.

          Het uitvoeren van meetwerk en de opmaak van nodige rooilijnplannen indien vereist.

          Indien er voor deze werken veiligheidscoördinatie (ontwerp en verwezenlijking) verplicht is, zit deze mee vervat in de opdracht. De nodige verplichte documenten (veiligheids- en gezondheidsplan, coördinatiedagboek, postinterventiedossier, …) zullen opgesteld worden.

         

 

2. Indien de mogelijkheid voorhanden is kan deze ondersteuning ook gebeuren in de burelen van de zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’, na onderlinge afspraak met het bestuur.

 

ADMINISTRATIEVE EN TECHNISCHE CONTRACTUELE BEPALINGEN

 

Exclusieve dienstverlening

 

Partijen verklaren kennis te hebben genomen van de als bijlage gevoegde nota De zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’, die integraal deel uitmaakt van huidige overeenkomst.

 

Documenten/Producten

 

Alle documenten, tekeningen, specificaties, meetstaten, verslagen, datasets, enz. zullen in het Nederlands worden opgesteld.

 

Het aantal te leveren producten, afdrukken van plannen en documenten bedraagt per fase 2 stuks.

 

Privacy van gegevens

 

De zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’ zal in haar procedures en processen het nodige ondernemen om geen afbreuk te doen aan het recht op privacy van gegevens. De opdrachtgever tekent een verwerkersovereenkomst met de zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’ die de concrete afspraken hieromtrent bevat.

 

Verzekeringen

 

De zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’ verzekert zijn burgerlijke aansprakelijkheid, met inbegrip van zijn tienjarige aansprakelijkheid volgens de bepalingen van de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek.

De verzekering van de beroepsaansprakelijkheid zal uitwerking blijven behouden gedurende een periode van tien jaar vanaf de voorlopige oplevering der werken.

Op eenvoudig verzoek van de opdrachtgever dient de zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’ een attest van deze verzekeringen voor te leggen.

 

Eigendomsrecht

 

De resultaten van de intellectuele prestaties zijn eigendom van de zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’. Ze kunnen door de opdrachtgever slechts worden aangewend voor de doeleinden die het voorwerp uitmaken van deze overeenkomst en mits bronvermelding.

 

Artikel 4: KOSTENVERREKENING

 

§1. Bij de in exclusiviteit toegewezen diensten zal worden gewerkt op basis van een kosten- en expertisedelend principe waarbij in artikel 14.2 van de statuten uitdrukkelijk wordt bepaald: “De kosten verbonden aan de exclusieve dienstverlening, zoals omschreven in art. 3 worden verrekend aan de deelnemers op basis van het kosten- en expertisedelend principe. Voor de aanrekening van de prestaties verleend in het kader van de wederzijdse exclusiviteit, zal worden gewerkt met een open boekhouding”.

 

§2. De uurlonen voor de personeelsleden worden door de zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’ op basis van de reële kostprijs als volgt bepaald (toestand op 01-10-2019):

 

          Projectleider/specialist-expert : 88,00 euro

: (basis na de komma 88,28 euro)

          Projectmedewerker-expert : 78,00 euro

: (basis na de komma 78,33 euro)

          Projectmedewerker : 72,00 euro

: (basis na de komma 72,12 euro)

          Administratieve ondersteuning : 65,00 euro

: (basis na de komma 64,66 euro)

 

De hier opgegeven uurlonen zijn gekoppeld aan de indexaanpassing van de lonen zoals toepasselijk in de openbare sector. Alle andere kosten, zoals verplaatsingskosten, uitrustingskosten, ... zijn begrepen in deze uurprijs.

De uurlonen worden telkens berekend op een cijfer na de komma waarna overgegaan wordt tot afronding op het lagere of hogere eenheidscijfer. Bij een volgende indexering wordt terug uitgegaan van het vorige, na de komma bekomen cijfer, zodat telkens een correcte berekening van de uurtarieven plaatsvindt.

 

§3. Enkel de effectief gepresteerde uren worden aangerekend.

Bij een interventie wordt eveneens de verplaatsingstijd aangerekend.

 

§4. Voor de prestaties die moeten worden geleverd na 20.00 uur en vóór 07.00 uur tijdens de normale werkdagen, en op zaterdag, zondag en feestdagen, wordt deze uurprijs met 50% verhoogd.

 

Artikel 5: BETALINGSMODALITEITEN

 

De kostenverrekening gebeurt op basis van een driemaandelijks detail (afrekening) van de door de zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’ gepresteerde uren die aan de opdrachtgever wordt voorgelegd. De eerste verrekening wordt door de zelfstandige groepering ‘Interleuven ondersteunende activiteiten’ opgemaakt na het verstrijken van de eerste driemaandelijkse periode die ingaat op het ogenblik dat de uitvoering van deze samenwerkingsovereenkomst aanvangt.

Indien er maandelijkse voorschotten worden opgevraagd, wordt bij de driemaandelijks afrekening het saldo opgevraagd of teruggestort. Dit op basis van de vergelijking van de in die periode effectief gepresteerde uren met de reeds aangerekende uren. In het geval er geen voorschotten werden aangerekend, zal de driemaandelijkse afrekening de totaliteit van de desbetreffende periode omvatten.

De beslissing tot opmaak van maandelijkse voorschotten hangt onder meer af van het aantal geschatte te presteren uren en zal in onderling overleg met de opdrachtgever worden vastgelegd.

 

Artikel 3:

Het vast bureau wordt gelast met de uitvoering van huidig besluit.

 

Publicatiedatum: 12/02/2020
Overzicht punten

Openbare zitting van 17 december 2019

 

Meerjarenplan 2020-2025 OCMW Rotselaar - vaststelling

 

Voorgeschiedenis

          De opmaak van de interne en externe omgevingsanalyse en SWOT-analyse.

          Het verslag van de gezamenlijke gemeenteraadscommissie van 9 december 2019 waarbij het meerjarenplan 2020-2025 van de gemeente en het OCMW Rotselaar en het autonoom gemeentebedrijf Rotselaar werden besproken en toegelicht.

 

Feiten en context

          Het meerjarenplan werd opgemaakt in samenwerking tussen de administratie en de mandatarissen.

          Het meerjarenplan werd opgemaakt met inspraak van inwoners en belanghebbenden via een elektronisch ideeënplatform en bespreking in de diverse adviesraden.

          Het meerjarenplan omvat een strategische nota, een financiële nota en de toelichting.

          De strategische nota geeft per beleidsdoelstelling de prioritaire acties/actieplannen weer van het beleid binnen het meerjarenplan en een overzicht van de daaraan verbonden ontvangsten en uitgaven.

          De financiële nota omvat het financiële doelstellingenplan, de staat van het financiële evenwicht en een overzicht van de kredieten.

          De toelichting van het meerjarenplan bevat alle informatie over de verrichtingen in het ontwerp van meerjarenplan die relevant is voor de raadsleden om met kennis van zaken een beslissing te kunnen nemen.

          De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen elk over hun deel van het meerjarenplan.

          Nadat de raden zo het meerjarenplan elk voor hun deel hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goed. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn.

 

Juridische gronden

          Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, inzonderheid de artikelen 249 t.e.m. 256, 285 §2, 286 §2 en 287.

          Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen, inzonderheid de artikelen 1 tot en met 13.

          Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.

          De omzendbrief KB/ABB 2019/4 van 3 mei 2019 betreffende de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.

 

Besluit

Na beraadslaging,

25stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Dirk Jacobs, Patrick Vervoort, Carine Goris, Piet De Bruyn, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Nele Demuynck, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Ingrid Van Steenberge, Noëlla D'Hooghe, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Ellen De Rijck, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Bart De Vos

Artikel 1:

De raad voor maatschappelijk welzijn stelt haar deel van het meerjarenplan 2020-2025 vast met infra vermelde financiële kerncijfers (financieel evenwicht).

 

Gemeente & OCMW

 

Beschikbaar

budgettair resultaat

Autofinancieringsmarge

Gecorrigeerde autofinancieringsmarge

2020

3.569.913

- 154.353

118.307

2021

1.137.725 

- 34.648

340.845

2022

949.407

290.783

711.724

2023

1.841.725

310.070

807.792

2024

1.236.567

462.947

1.056.008

2025

3.127.352

851.888

1.468.797

 

Geconsolideerd (inclusief AGB)

 

Beschikbaar

budgettair resultaat

Autofinancieringsmarge

Gecorrigeerde autofinancieringsmarge

2020

3.648.947

- 78.936

- 361.566

2021

1.262.223

10.815

- 113.210

2022

1.081.526

298.404

274.501

2023

1.947.559

283.785

379.170

2024

1.305.452

425.998

675.779

2025

3.145.221

800.872

1.121.842

 

Artikel 2:

Dit besluit wordt, samen met de bijlagen, in digitale vorm aan de toezichthoudende overheid bezorgd.

 

Publicatiedatum: 12/02/2020
Overzicht punten

Openbare zitting van 17 december 2019

 

Intergemeentelijke samenwerking - algemene vergadering van IGO van 20 december 2019 - bepalen mandaat gemeentelijk vertegenwoordiger

 

Voorgeschiedenis

          De brief van IGO van 5 november 2019 met oproeping voor de algemene vergadering van 20 december 2019 met bijhorende agenda.

          Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 26 februari 2019

Bart De Vos werd aangeduid als vertegenwoordiger van het OCMW Rotselaar in de algemene vergaderingen van IGO voor de ganse legislatuur van 2019-2024.

 

Feiten en context

          Het OCMW Rotselaar is aangesloten bij de dienstverlenende vereniging IGO.

          Op 20 december 2019 houdt IGO een algemene vergadering met volgende agendapunten:

1)      Goedkeuring verslag van 28 juni 2019

2)      Goedkeuring strategisch plan 2019-2024

3)      Goedkeuring begroting 2020

4)      Goedkeuring jaarplan 2020

5)      Goedkeuring voordrachten algemeen comité nieuwe leden:

a)      Politiezone Voer en Dijle: Danny Vangoidtsenhoven

b)      Ecowerf: Rudi Beeken

c)       Interleuven: Maggy Steeno

6)      Varia

 

Juridische gronden

          Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, inzonderheid art. 432, alinea 3

De vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering.

 

Argumentatie

          Er zijn geen opmerkingen over bovenvermelde agendapunten.

 

Besluit

Na beraadslaging,

25stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Dirk Jacobs, Patrick Vervoort, Carine Goris, Piet De Bruyn, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Nele Demuynck, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Ingrid Van Steenberge, Noëlla D'Hooghe, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Ellen De Rijck, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Bart De Vos

Artikel 1:

De raad van maatschappelijk welzijn keurt de agenda van de algemene vergadering van de dienstverlenende vereniging IGO van 20 december 2019 goed.

Artikel 2:

De vertegenwoordiger van de raad die zal deelnemen aan de algemene vergadering van IGO op 20 december 2019 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden), wordt gemandateerd om de agendapunten goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 12/02/2020