Gemeente Rotselaar

Datum van de zitting: 26 oktober 2021

Om 20u00 tot 22u10

 

Aanwezig:

Bart De Vos, voorzitter;

Jelle Wouters, burgemeester;

Dirk Claes, Carine Goris, Patrick Vervoort, Piet De Bruyn, Nele Demuynck, schepenen;

Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Maarten Mommaerts, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx, Gert Heylen, raadsleden;

An Craninckx, algemeen directeur;

 

Verontschuldigd:

 

Noëlla D'Hooghe, Ellen De Rijck, raadsleden;

Vanaf punt 2 vervoegt schepen Piet De Bruyn de zitting.

Vanaf punt 3 vervoegt raadslid Ilse Michiels de zitting.

Overzicht punten

Openbare zitting van 26 oktober 2021

 

Goedkeuring notulen vorige vergadering

 

Juridische gronden

          Artikel 32 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

De gemeenteraad keurt, mits eventuele aanpassingen, de notulen van de vorige zitting goed.

 

Besluit

 

Na beraadslaging,

21 stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Carine Goris, Patrick Vervoort, Nele Demuynck, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Maarten Mommaerts, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Bart De Vos, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Gert Heylen

Enig artikel:

De gemeenteraad keurt de notulen van de vergadering van 28 september 2021 goed.

 

Publicatiedatum: 01/12/2021
Overzicht punten

Openbare zitting van 26 oktober 2021

 

Beslissing gratis grondafstand in een omgevingsaanvraag OMV_2021054235 (V 2021 12) voor het verkavelen van een perceel in 1 lot voor open bebouwing en grondafstand op een terrein, gelegen Kapelstraat 46, 3110 Rotselaar, kadastraal bekend: afdeling 1 sectie B nrs. 711A, 712N en 712P

 

Voorgeschiedenis

          Op 7 april 2021 werd door Koenraad Kockaerts namens STUDIEKANTOOR KOCKAERTS BVBA gevestigd te Gebr. Van Tiltstraat 35 te 3220 Holsbeek, een aanvraag voor een omgevingsvergunning met dossiernummer OMV_2021054235 (V 2021 12) ingediend voor het verkavelen van een perceel in 1 lot voor open bebouwing, grondafstand en gedeeltelijke aanpassing buurtweg 114 op een terrein, gelegen Kapelstraat 46, 3110 Rotselaar, kadastraal bekend: afdeling 1 sectie B nrs. 711A, 712N en 712P. De aanvraag gaat gepaard met een verzoek tot gedeeltelijke aanpassing van buurtweg nr. 114 en met een tracéwijziging ingevolge gratis grondafstand.

          Op 7 juni 2021 werd het bovenvermeld dossier volledig verklaard. Op 17 juni 2021 werd een openbaar onderzoek opgestart. Tijdens het openbaar onderzoek van 17 juni 2021 tot 16 juli 2021 werd een bezwaar ingediend.

          Samenvatting van het bezwaarschrift: De bezwaarindiener heeft bezwaar tegen het afschaffen van de buurtweg om de nodige doorgang voor fietsers en voetgangers te garanderen.

          Naar aanleiding van het bezwaarschrift en na overleg met de dienst Omgeving en het college van burgemeester en schepenen heeft de verkavelaar een aangepast plan opgemaakt en ingediend op 2 augustus 2021. Voorliggend plan omvat niet langer de gedeeltelijke afschaffing van de buurtweg 114 maar de overdracht van de strook grond gelegen op eigendom van de aanvrager naar het openbaar domein.

 

Feiten en context

          Het goed is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woongebied.

          De aanvraag maakt geen deel uit van een goedgekeurde verkaveling noch van een BPA of RUP.

          De aanvrager voorziet het verkavelen van het goed in 1 lot voor open bebouwing met gratis grondafstand ter verbreding van het voetpad zijde Veldstraat en de overdracht van het gedeelte van de buurtweg nr. 114 naar het openbaar domein en dit op een terrein, gelegen Kapelstraat 46, 3110 Rotselaar, kadastraal bekend: afdeling 1 sectie B nrs. 711A, 712N en 712P.

          Op het perceel 711A werd op 14 mei 1985 een vergunning (TD/NB/16666/RC - 1985 78) verleend voor het bouwen van een woning. De woning is gelegen Kapelstraat 46. Links van het perceel is buurtweg nr. 114 gelegen.

          Volgens de Atlas der Buurtwegen is buurtweg nr. 114 reeds aanwezig sinds 10 april 1841 en betreft het een weg met een breedte van 1,65 meter. De buurtweg is gelegen tussen de kavels 724D en 711A en sluit aan op de Kapelstraat ten zuiden en de Veldstraat ten noorden.

          Op het perceel 724D werd in kader van een verkavelingsvergunning van 19 augustus 2002 een strook grond met breedte 2 m afgestaan aan het openbaar domein.

          De aanvrager voorziet de overdracht van een strook van 54ca zijnde de ligging van de halve breedte (0,825 m) van buurtweg nr. 114 gelegen op perceel 711A naar het openbaar domein.

          Ter hoogte van de Veldstraat wordt nog een gratis grondafstand voorzien ter verbreding van het voetpad en dit met een lengte van 6,89m en breedte van 0,53m met een oppervlak van ca. 4ca.

          De aanvrager voorziet een totale gratis grondafstand van 58ca.

          Bij de aanvraag werd een grafisch plan toegevoegd, opgemaakt door landmeter-expert Koen Kockaerts op 7 april 2021 gevestigd te Gebr. Van Tiltstraat 35, 3220 Holsbeek. Het perceel 711A werd hierop als volgt weergegeven:

          lot 1 met een oppervlakte van 7a31ca met als bestemming bouwgrond;

          lot 2 met een oppervlakte van 7a45ca waar de bestaande woning zich op bevindt;

          lot 3 met een oppervlakte van 58ca bestemd voor gratis grondafstand ter hoogte van de Veldstraat én buurtweg nr. 114;

Bij het bepalen van de oppervlakte aan gratis grondafstand werd rekening gehouden met afgeleverde verkavelingsvergunningen in de nabije omgeving.

 

Juridische gronden

          Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen

          Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019

          Decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening

          Vlaamse codex ruimtelijke ordening

 

Argumentatie

          Naar aanleiding van het bezwaarschrift en na overleg met de dienst Omgeving en het college van burgemeester en schepenen heeft de verkavelaar een aangepast plan opgemaakt en ingediend op 2 augustus 2021. Voorliggend plan omvat niet langer de gedeeltelijke afschaffing van de buurtweg 114 maar de overdracht van de strook grond gelegen op eigendom van de aanvrager naar het openbaar domein.

          Buurtweg nr. 114 is in frequent gebruik door trage weggebruikers.

          Het huidige openbaar domein is 2m breed, na de grondafstand wordt dit bijkomend verbreed met 0,825m.

          De aanvraag is verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening en de duurzame ruimtelijke ontwikkeling in de zin van artikel 1.1.4 VCRO:

          De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie, zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. Er wordt rekening gehouden met de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen. Op deze manier wordt gestreefd naar ruimtelijke kwaliteit.

          Het voornemen tot overname van de buurtweg door de gemeente binnen haar openbaar domein werd getoetst aan artikel 3 (doelstellingen) en aan artikel 4 (principes) van het Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019 en geeft uitvoering aan deze artikelen.

          Omwille van de goede ruimtelijke ordening wordt er geadviseerd om lot 3 kosteloos toe te voegen aan het openbaar domein.

 

Besluit

 

Na beraadslaging,

22 stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Carine Goris, Patrick Vervoort, Piet De Bruyn, Nele Demuynck, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Maarten Mommaerts, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Bart De Vos, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Gert Heylen

Artikel 1:

De gemeenteraad keurt voorliggende beslissing over de gratis grondafstand voor de omgevingsvergunningsaanvraag met dossiernummer OMV_2021054235 (V 2021 12), op 7 april 2021 ingediend, voor het verkavelen van een perceel in 1 lot voor open bebouwing en grondafstand, gelegen te Rotselaar (3110), Veldstraat ZN, kadastraal bekend als (afd. 1) sectie E, nummer 711A, goed.

Artikel 2:

De aanvrager dient lot 3 met respectievelijk een oppervlakte van 58ca, gratis en voor openbaar nut aan de gemeente af te staan na het afleveren van een gunstige omgevingsvergunning.

Artikel 3:

De algemeen directeur en de burgemeester of hun respectievelijke plaatsvervanger(s) wordt machtiging verleend tot ondertekening van de vereiste akten.

Artikel 4:

Tegen dit besluit van de gemeenteraad kan binnen de 30 dagen in het kader van een schorsend administratief beroep tegen de vergunningsbeslissing een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de Vlaamse Regering. De procedure van dit beroep verloopt volgens art. 31/1 van het Omgevingsdecreet.

Artikel 5:

Dit besluit van de gemeenteraad is nietig:

- Wanneer de omgevingsvergunning met dossiernummer OMV_2021054235 (V 2021 12), op 7 april 2021 ingediend, verkavelen van een perceel in 1 lot voor open bebouwing, grondafstand en wijziging van buurtweg 114 en kosteloze grondafstand gelegen te Rotselaar (3110), Veldstraat ZN, kadastraal bekend als (afd. 1) sectie E, nummer 711A niet wordt verleend of wanneer deze in administratief of jurisdictioneel beroep wordt vernietigd.

- Wanneer het voorwerp van de omgevingsvergunning niet binnen de in de vergunning voorziene of wettelijke termijn wordt gerealiseerd.

 

Publicatiedatum: 01/12/2021
Overzicht punten

Openbare zitting van 26 oktober 2021

 

Gunstig advies voor de aanvraag tot principieel akkoord aansnijding Kapellekensweg in het woonuitbreidingsgebied 'Kapellekensweg WZ6'

 

Voorgeschiedenis

          De adviesaanvraag van de bestendige deputatie aan de gemeente van 13 augustus 2021. De gemeente beschikt voor het opmaken van het advies over een termijn van 90 dagen na ontvangst van de adviesaanvraag;

 

Feiten en context

          De gemeenteraad dient tijdens deze procedure een uitspraak te doen over de aansnijding van het woonuitbreidingsgebied voor het perceel Kapellekensweg, kadastraal gekend als 3e afdeling sectie C, nr. 627H.

          Er wordt advies gevraagd aan de gemeenteraad inzake bovenstaande aanvraag tot principieel akkoord voor 'Kapellekensweg'.

          Het advies van de gemeenteraad is bindend in zoverre het negatief is.

          De aanvraag wijkt af van de gewestplan bestemming woonuitbreidingsgebied voor wat sociale woningbouw of groepswoningbouw betreft daar het hier gaat over een particuliere verkaveling waarvan de loten individueel worden verkocht.

          Het perceel dat deel uitmaakt van deze aanvraag is volgens het gewestplan Leuven gelegen in woonuitbreidingsgebied. 

          De woonuitbreidingsgebieden zijn uitsluitend bestemd voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid over de ordening van het gebied niet heeft beslist, en zolang, volgens het geval, ofwel die overheid geen besluit tot vastlegging van de uitgaven voor de voorzieningen heeft genomen, ofwel omtrent deze voorzieningen geen met waarborgen omklede verbintenis is aangegaan door de promotor.

          Het perceel waarop de aanvraag tot principieel akkoord betrekking heeft, is onbebouwd

          Het perceel maakt geen deel uit van een BPA of RUP.

          Bespreking van het woonuitbreidingsgebied met code WZ6 in het informatief deel van het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan van 21 juni 2005:

          Het gebied is gelegen aan weerszijden van de Kapellekensweg en omgeven door de percelen gelegen aan de Tussenhagenweg en de Beninksstraat. Het gebied heeft een oppervlakte van 2,5 ha. Dit gebied bevat reeds negen vergunde woningen.

          Na 2005 werden volgende vergunningen verleend in het woonuitbreidingsgebied 'Kapellekensweg':

          Verkavelingsvergunningen:

          V/933/WZ (2005 11): 1 lot (Kapellekensweg 59) bestemd voor het oprichten van een eengezinswoning in open verband vergund op 1 augustus 2005;

          V/1021/WZ (2009 1): 2 loten (Kapellekensweg 40 en 42) bestemd voor het oprichten van eengezinswoningen in halfopen verband vergund op 27 april 2009;

          V/1171/WZ ('2015 52): 2 loten (Kapellekensweg 32 en 34) bestemd voor het oprichten van eengezinswoningen in halfopen verband vergund op 29 februari 2016.

          Stedenbouwkundige vergunningen/omgevingsvergunningen:

          Kapellekensweg 32: vergund op 5 april 2018;

          Kapellekensweg 34: vergund op 31 augustus 2017;

          Kapellekensweg 40: vergund op 1 februari 2010;

          Kapellekensweg 42: vergund op 12 oktober 2012;

          Kapellekensweg 53: vergund op 26 september 2016;

          Kapellekensweg 55: vergund op 8 april 2013;

          Kapellekensweg 59: vergund op 14 juli 2006.

 

Juridische gronden

          Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

          De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, meer bepaald artikel 5.6.6. betreffende de aansnijding van woonuitbreidingsgebieden waarin wordt gesteld dat een stedenbouwkundige vergunning voor het bouwen van woningen of een verkavelingvergunning in woonuitbreidingsgebied slechts kan worden afgeleverd indien de aanvrager beschikt over een principieel akkoord van de bestendige deputatie.

 

Argumentatie

          Omtrent voorliggend dossier voor het bekomen van een principieel akkoord voor het aansnijden van het woonuitbreidingsgebied ‘Kapellekensweg', meer bepaald voor het verkavelen van het perceel kadastraal gekend als afdeling 3, sectie B, nummer 627H, gelegen Kapellekensweg, wordt volgend advies geformuleerd:

          Bevraging over de woonreservegebieden door het gewest, departement omgeving. Het college van burgemeester en schepenen heeft op 26 juni 2017 volgend antwoord geformuleerd op de bevraging met betrekking tot het WUG WZ6: Oorspronkelijk was het woonuitbreidingsgebied groter maar ondertussen is het bijna volledig bebouwd langs beide zijden van de Kapellekensweg. De gemeente heeft geen uitsluitsel over het al dan niet ontwikkelen van het gebied. Het actueel inzicht van de gemeente is dat het gebied zo goed als volledig bebouwd is. De tussenliggende restpercelen (zeer beperkt) kunnen ook bebouwd worden. Er werden reeds meerdere verkavelingen afgeleverd.

          Bebouwing omgeving:

Het WUG WZ6 is reeds gedeeltelijk aangesneden door private woningbouw. De omgeving wordt gekenmerkt door open - en halfopen bebouwingen.

Het perceel dewelke deel uitmaakt van deze aanvraag is op minder dan 500 meter van het centrum van Wezemaal gelegen.

De percelen in het WUG WZ6 gelegen in het noordoosten zijn tussen de 24 en 35 meter gelegen in woonuitbreidingsgebied.

De percelen in het WUG WZ6 gelegen in het zuidwesten grenzen aan woongebied.

Het perceel rechts van het goed dat deel uitmaakt van deze aanvraag is reeds aangesneden voor private woningbouw.

          Voorwerp van de aanvraag:

De aanvragers wensen dit gedeelte van het woonuitbreidingsgebied aan te snijden voor het verkavelen in 5 loten voor open bebouwing op het perceel kadastraal gekend als afdeling 3, sectie B, nummer 627H, gelegen Kapellekensweg.

De verkaveling heeft een oppervlak van 47a99ca.

          Lot 1 8a40ca  21,64m straatzijde 10,47m voorgevelbreedte

          Lot 2 7a90ca  15,33m straatzijde 9,33m voorgevelbreedte

          Lot 3: 8a96ca  15,33m straatzijde 9,33m voorgevelbreedte

          Lot 4: 8a30ca  15,33m straatzijde 9,33m voorgevelbreedte

          Lot 5: 8a30ca  15,06m straatzijde 11,00m voorgevelbreedte

          Toetsing aan het woonbeleid van de gemeente Rotselaar:

De aansnijding voor private woningbouw interfereert niet met de inspanningen die de gemeente doet om het Bindend Sociaal Objectief te halen. Het bindend sociaal objectief voor Rotselaar bedraagt 136 sociale huurwoningen tegen 2025. Binnen huidige toestand werden 3 omgevingsvergunningen verleend voor het realiseren van sociale woningbouwprojecten. Er zijn meerdere sociale ontwikkelingen in opmaak en dit in samenspraak met SWaL, namelijk Kleinschalig wonen Vossebergen en Bergzichtstraat, woonproject Werchter en woonproject Sint-Antonius.

          Toetsing aan de goede ruimtelijke ordening:

Aangezien dit gedeelte van het WUG WZ6 gelegen is in een omgeving die gekenmerkt wordt door eengezinswoningen kan de gemeente akkoord gaan met het aansnijden van dit deel van het WUG voor private woningbouw. Het verkavelen van het goed in 5 loten in deze omgeving zal de goede ruimtelijke ordening niet in het gedrang brengen. Op basis van bovenstaande argumentatie wordt een gunstig advies uitgebracht.

 

Besluit

 

Na beraadslaging,

13 stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Carine Goris, Patrick Vervoort, Piet De Bruyn, Nele Demuynck, Werner Mertens, Frans Vansteenbeeck, Ilse Michiels, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Bart De Vos en Gert Heylen

3 stemmen tegen: Jeroen Degent, Herwig Pierre en Liesbet Serneels

7 onthoudingen: Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Jeroen Janssens, Maarten Mommaerts, Heidi Pittomvils, Farida Tierens en Stella Beckx

Artikel 1:

De gemeenteraad geeft een gunstig advies voor de aanvraag tot principieel akkoord voor de aansnijding van het woonuitbreidingsgebied ‘Kapellekensweg’, meer bepaald voor het perceel kadastraal gekend als afdeling 3, sectie B, nummer 627H, voor het verkavelen van het goed in 5 loten voor open bebouwing.

Artikel 2:

Dit advies zal worden overgemaakt aan de dienst ruimtelijke planning van de provincie Vlaams-Brabant.

 

Publicatiedatum: 01/12/2021
Overzicht punten

Openbare zitting van 26 oktober 2021

 

Toekennen benaming Delphine Dockxpad - verbindingsweg Vleugtweg en Aarschotsesteenweg

 

Voorgeschiedenis

          Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 2 mei 2016 betreffende de verlening van een stedenbouwkundige vergunning voor een terrein, gelegen te Rotselaar, kadaster (afd. 3), sectie A 289 D (afd 3), sectie A 290 D2 (afd. 3), sectie A 290 E2 (afd. 3), sectie A 290 C2 en (afd. 3), sectie A 291 M, Aarschotsesteenweg ZN.

          Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 2 december 2019 - goedkeuring basisakte - Residentie 'Wesemael'.

          Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 26 april 2021 - oprichting adviescommissie straatnamen.

 

Feiten en context

          Door de inplanting van dit woonproject wordt ook een verbinding voor fietsers en voetgangers tussen de Vleugtweg en de Aarschotsesteenweg gefaciliteerd.

 

Juridische gronden

          Artikel 40§1 van het Decreet Lokaal bestuur van 22 december 2017.

          Artikel 2 van het decreet van 28 januari 1977 tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen, gewijzigd bij

          het decreet van 1 juli 1987 houdende wijziging van het decreet van 28 januari 1977 tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen,

          het decreet van 4 februari 1997 tot wijziging van het decreet van 28 januari 1977 tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen,

          het decreet van 29 november 2002 houdende wijziging van het decreet van 28 januari 1977 tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen.

          Het decreet van 16 juli 2021 tot wijziging van diverse decreten, wat betreft versterking van de lokale democratie.

          Het artikel 2 bepaalt dat bij het vaststellen van de naam van openbare wegen of pleinen bij voorkeur wordt geput uit gegevens van de plaatselijke geschiedenis, het kunst- en cultuurleven, de toponymie en de volkskunde. De naam van een nog levende persoon mag niet worden gebruikt. In aanmerking komen enkel de namen van uit historisch, wetenschappelijk of algemeen-maatschappelijk oogpunt belangrijke figuren.

 

Argumentatie

          Deze verbindingsweg tussen residentie Hof Leopold Dockx (Vleugtweg 1-3- en residentie 'Wesemael' (Aarschotsesteenweg 199) zorgt voor alle fietsers en wandelaars voor een verkeersveilig alternatief voor het drukke kruispunt te Wezemaal en ook voor een verbinding naar de Vrije basisschool De Rank en naar de Chiro, Floere Bloes en de Tennisclub Wezemaal.

          Het algemeen-maatschappelijk belang van Delphine Dockx, geboren te Wezemaal op 29 november 1898 en overleden op 17 november 1983, is gebleken uit haar jarenlange engagement voor het lokale verenigingsleven en haar bijdrage tot een warm sociaal weefsel in Wezemaal. Tijdens haar voorzitterschap van de Boerinnenbond/KVLV legde ze ook de basis voor de werking van het Wit Gele Kruis. Van 1923 tot 1959 was Delphine Dockx onderwijzeres in Wezemaal. Een vrouwelijke leerkracht in een jongensschool was in die tijd hoogst uitzonderlijk.

 

Besluit

 

Na beraadslaging,

23 stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Carine Goris, Patrick Vervoort, Piet De Bruyn, Nele Demuynck, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Maarten Mommaerts, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Bart De Vos, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Gert Heylen

Artikel 1:

De toekenning van de naam 'Delphine Dockxpad' aan de verbindingsweg tussen de Vleugtweg en de Aarschotsesteenweg te 3111 Wezemaal wordt goedgekeurd.

 

Publicatiedatum: 01/12/2021
Overzicht punten

Openbare zitting van 26 oktober 2021

 

Vorming Woonmaatschappij Hageland - afbakening werkingsgebied - goedkeuring princiepsverklaring

 

Voorgeschiedenis

          Brief van de Vlaamse minister van Wonen van 23 oktober 2020: 'Naar één woonmaatschappij in uw regio: oproep tot start afbakening werkingsgebieden'

          Aanvullende brief van de Vlaamse minister van Wonen van 18 maart 2021: 'Oproep tot afbakening werkingsgebieden woonmaatschappijen – recente beslissingen Vlaamse Regering'

 

Feiten en context

          Tegen 1 januari 2023 moeten sociale huisvestingsmaatschappijen (SHM’s) en sociale verhuurkantoren (SVK’s) één woonactor vormen met maar één speler per gemeente: de woonmaatschappij. Elke woonmaatschappij moet in een uniek, niet-overlappend werkingsgebied opereren. Om deze werkingsgebieden te bepalen, krijgen de lokale besturen een trekkersrol.

          Met betrekking tot de woonmaatschappijen heeft de Vlaamse Regering beslist dat deze moeten vallen binnen of samenvallen met een referentieregio. Een tijdelijk uitstel of definitieve afwijking voor een specifiek samenwerkingsverband kan enkel indien een gemotiveerd voorstel wordt ingediend dat wordt goedgekeurd door de Vlaamse Regering.

          Gelet op de bespreking van de werkingsgebieden op het Burgemeestersoverleg Oost-Brabant in de vergaderingen van 20 november en 18 december 2020 en 23 april en 18 juni 2021;

          Gelet op diverse besprekingen tussen lokale besturen onderling en tussen de lokale besturen en de woonactoren op het niveau van het voorliggende werkingsgebied,

          Gezien de gemeente Rotselaar momenteel werkt met 1 woonmaatschappij, zijnde SWaL, zijn de gesprekken steeds gebeurd in overleg met SWaL. Als gemeente stellen wij dat de meest logische samenwerking zou geweest zijn het samengaan van SWaL met Volkswoningbouw, aangezien beide een overlappend werkingsgebied hebben.
Vanuit de gemeente Rotselaar hebben we hier steeds voor gepleit samen met een aantal andere gemeenten, maar we hebben moeten vaststellen dat hier niet echt werk van gemaakt werd en dat Volkswoningbouw geen echte bereidheid toonde om samen te werken met SWaL.
Bij die mogelijke samenwerking hadden ook nog een aantal andere landelijke gemeenten kunnen aansluiten zodat er 4 woonmaatschappijen (Elk Zijn Huis, Dijledal, Hageland en Volkswoningbouw-SWaL) zouden gekomen zijn in de regio.

          Als gemeente hebben we dus vastgesteld dat van bovenstaande optie geen werk werd gemaakt en hebben dan samen met 7 andere gemeenten (Begijnendijk, Tremelo, Holsbeek, Lubbeek,  Bekkevoort, Glabbeek en Tielt-Winge) aansluiting gezocht bij Cnuz en Diest Uitbreiding die samen woonmaatschappij Hageland willen vormen.
Als gemeente stellen we dan ook voor om onder de voorwaarden zoals opgenomen in dit voorstel aansluiting te vragen bij de nieuwe woonmaatschappij Hageland.

 

Juridische gronden

          Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, zoals gewijzigd, in het bijzonder artikel 40 e.v.;

          Gelet op het ontwerpdecreet zoals aangenomen door het Vlaams Parlement dd. 7 juli 2021 houdende wijzigingen van diverse decreten m.b.t. wonen, waarbij een regelgevend kader met betrekking tot de woonmaatschappijen wordt gecreëerd.

 

Adviezen

          Advies SVK SPIT

          Advies SWaL

 

Argumentatie

          Overwegende dat de Vlaamse Regering met de hervorming op basis van het principe één woonactor per gemeente, de dienstverlening wenst te verhogen, de complementaire werking van de sociale verhuurkantoren en de sociale huisvestingsmaatschappijen wenst te verenigen, de transparantie wenst te verhogen en de regierol van het lokale bestuur wenst te doen primeren evenals de lokale betrokkenheid en zeggenschap wil waarborgen,

          Overwegende dat met het voorliggende voorstel van afbakening een werkingsgebied ‘Hageland’ ontstaat met 19 deelnemende steden en gemeenten, dat een sterke centrale organisatie wil combineren met een nabije en toegankelijke dienstverlening;

          Overwegende dat er sprake is van een grotendeels gelijklopende sociaal-economische situatie in het werkingsgebied en dat de uitdagingen op het vlak van wonen en woonbeleid in grote lijnen dezelfde zijn; dat meer bepaald zowel de kleinstedelijke woonproblematiek als de uitdagingen van de meer landelijke woonsituatie in het werkingsgebied gelijklopend is,

          Overwegende dat niettegenstaande deze coherentie, de keuze wordt gemaakt om aandacht te hebben voor nabijheid, toegankelijkheid en specifieke situaties binnen een groot werkingsgebied;

          Overwegende dat de lokale besturen die het voorstel tot afbakening van het werkingsgebied ‘Hageland’ doen, daarom de voordelen van een professionele, efficiënte centrale werking van één woonmaatschappij zullen combineren met een interne opdeling in zones (waarbij de gemeenten Begijnendijk, Bekkevoort, Glabbeek, Holsbeek, Lubbeek, Rotselaar, Tielt-Winge en Tremelo een zone ‘Midden’ vormen), met elk een eigen zonecomité, teneinde dicht bij de burgers te staan en kort op specifieke woonsituaties te kunnen inspelen,

          Overwegende dat de betrokken lokale besturen er voor kiezen om zowel de continuïteit in de dienstverlening naar de burgers als de werking en uitvoering van in uitvoering zijnde of op stapel staande projecten te garanderen;

          Overwegende dat de woonmaatschappijen Cnuz, Diest Uitbreiding en SwaL zullen opgenomen worden in de nieuwe structuur; 

          Overwegende dat de Sociale verhuurkantoren SVK Hageland en SVK WoonRegT zullen opgenomen worden in de nieuwe structuur, en de activiteiten van SVK SPIT in Aarschot, Begijnendijk, Tremelo en Rotselaar zullen overgenomen worden;

          Overwegende dat met het voorliggende voorstel het werkingsgebied van de toekomstige Hagelandse woonmaatschappij 2874 sociale huurwoningen op 31 december 2020, 457 huurwoningen die op de private markt worden gehuurd en 649 geplande sociale huurwoningen omvat; en dat deze woonmaatschappij met een aaneengesloten werkingsgebied aldus ruimschoots voldoet aan alle vereiste decretale bepalingen;

          Overwegende dat de Vlaamse regelgeving voorschrijft dat de gemeenten die samen een werkingsgebied wensen te vormen over minimaal 50% +1 van de stemrechten beschikken; dat de overige stemrechten, zijnde maximaal 50%-1, worden verdeeld over de publieke (Vlaams Gewest, Provincie) en de private aandeelhouders, dat de gemeenten gevraagd worden om bij hun voorstel tot afbakening van de toekomstige woonmaatschappij ook reeds in te gaan op de verdeling van de stemrechten tussen de lokale besturen en dit op basis van objectieve criteria in functie van het sociaal woonbeleid;

          Overwegende dat teneinde aan die vraag van de Vlaamse Regering te voldoen, de betrokken lokale besturen een princiepsverklaring hebben opgesteld waarin zowel de interne als de externe werkingsprincipes van de toekomstige woonmaatschappij Hageland zijn opgenomen; dat deze princiepsverklaring bij deze gemeenteraadsbeslissing gevoegd wordt, evenals het officiële aanvraagformulier.

 

Bijlagen

          Aanvraagformulier

          Princiepsverklaring

 

Besluit

 

Na beraadslaging,

23 stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Carine Goris, Patrick Vervoort, Piet De Bruyn, Nele Demuynck, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Maarten Mommaerts, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Bart De Vos, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Gert Heylen

Artikel 1:

De gemeenteraad keurt de bijgevoegde princiepsverklaring goed betreffende de organisatie en werking van de toekomstige Hagelandse Woonmaatschappij.

Artikel 2:

Het lokaal bestuur wenst aan te sluiten bij de toekomstige Hagelandse Woonmaatschappij, bestaande uit volgende gemeenten : Aarschot, Begijnendijk, Bekkevoort, Diest, Geetbets,  Glabbeek, Hoegaarden, Holsbeek, Kortenaken, Landen, Linter, Lubbeek, Rotselaar, Tielt-Winge, Tienen, Tremelo, Scherpenheuvel-Zichem, Zoutleeuw. 

Dit voorstel van werkingsgebied zal worden overgemaakt via woonmaatschappij@vmsw.be samen met het aanvraagformulier.

Artikel 3:

Deze beslissing wordt eveneens ter kennis gebracht van de provinciegouverneur, zoals bepaald in artikel 330 e.v. van het decreet lokaal bestuur.

 

Publicatiedatum: 01/12/2021
Overzicht punten

Openbare zitting van 26 oktober 2021

 

Samenwerkingsovereenkomst met IGO div voor de inzet van een medewerker weekendverblijven - goedkeuring

 

Voorgeschiedenis

          Gemeenteraadsbeslissing van 21 april 2020 betreft de goedkeuring van de samenwerkingsovereenkomst met IGO div voor de inzet van een medewerker weekendverblijven

 

Feiten en context

          IGO div zet in opdracht van het lokaal bestuur Rotselaar een halftijdse 'medewerker weekendverblijven' op B-niveau in en dit ter ondersteuning van het lokaal bestuur bij het realiseren van de acties die vanuit de provincie, samen met de betrokken gemeenten, werden opgemaakt rond de permanente bewoning op recreatieve domeinen.

          Aan de gemeenteraad wordt de samenwerkingsovereenkomst in dat verband tussen de gemeente Rotselaar en IGO div ter goedkeuring voorgelegd.

 

Juridische gronden

          Artikel 41, tweede lid, 5° van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.
De gemeenteraad is bevoegd voor het goedkeuren van samenwerkingsovereenkomsten.

 

Argumentatie

          De provincie Vlaams-Brabant heeft in de periode 2008-2015 gewerkt aan het planningsproces rond permanente bewoning op recreatieve terreinen. Alle zones werden gedetailleerd bestudeerd en voor ieder terrein is een toekomstvisie uitgewerkt.

          Vanuit deze visie werden verschillende deelplannen opgemaakt om deze visie ook juridisch afdwingbaar te maken. Hierin werden randvoorwaarden vastgelegd.

          De provincie maakte samen met de betrokken gemeenten een draaiboek op waarin al de nodige acties met aanduiding van de betrokken actoren opgenomen werden.

          Er wordt gewerkt op volgende zes sporen:

1)      Realiseren van een bijkomend aanbod van kleine, betaalbare (sociale) woongelegenheden van voldoende kwaliteit en woonzekerheid, met aandacht voor de eigenheid van het kleinschalig wonen.

2)      Begeleiding en ondersteuning van de permanente bewoners naar een betaalbaar en kwaliteitsvol woonalternatief met woonzekerheid.

3)      Uitvoering geven aan de kwalitatieve inrichting en beheer van de terreinen.

4)      Ondersteuning van de toeristische infrastructuur.

5)      Het herstellen en ontwikkelen van natuur.

6)      Handhaving.

          De gemeente Rotselaar wenst beroep te doen op IGO voor extra ondersteuning en begeleiding van inwoners door onder meer in te zetten op:

7)      Het controleren van de vergunningentoestand en het ondersteunen van de nodige functiewijzigingen:

          Per cluster (afhankelijk van de wens van de gemeente) via gerichte plaats- en terreinbezoeken bij de eigenaars/bewoners.

          Het ondersteunen van aanvragers bij het luik ‘digitalisering’ voor stedenbouwkundige handelingen via het omgevingsloket.

8)      Koppeling met het luik handhaving door Interleuven

          Interleuven staat in voor de handhaving. IGO engageert zich tot een goede terugkoppeling naar en samenwerking met Interleuven.

9)      Samenwerking en terugkoppeling met actoren

          Gemeente (dienst omgeving) en OCMW (sociale dienst);

          Woonproject: woningkwaliteit (technisch adviseur) en beleid (coördinator);

          Provincie en RISO Vlaams-Brabant (opbouwwerk);

          Handhaving (politie en Interleuven).

          De uitvoering van de overeenkomst gaat in op 1 januari 2022

          De overeenkomst wordt afgesloten voor 6 maanden, met mogelijkheid tot verlenging.

          De dienstverlening heeft een prijs van €19.250 voor de periode 1 januari 2022 tot 30 juni 2022 voor de inzet van een halftijdse medewerker weekendverblijven.

 

Financiële gevolgen

Uitgave

Actieplan: 0102

Actie: 010203

Budgetsleutel: 6131002/060000

Beschikbaar budget: € 18.000 (2022)

Geraamd bedrag: € 19.250 (2022)

 

Besluit

 

Na beraadslaging,

23 stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Carine Goris, Patrick Vervoort, Piet De Bruyn, Nele Demuynck, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Maarten Mommaerts, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Bart De Vos, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Gert Heylen

Enig Artikel:

De samenwerkingsovereenkomst tussen de gemeente Rotselaar en IGO div voor de inzet van een medewerker weekendverblijven door IGO div wordt goedgekeurd:

 

Samenwerkingsovereenkomst voor de inzet van een medewerker weekendverblijven door IGO div

 

Artikel 1

IGO div zet in opdracht van het lokaal bestuur een halftijdse “medewerker weekendverblijven' op het grondgebied in. Het betreft een medewerker op B-niveau.

Artikel 2

De uitvoering van de overeenkomst gaat in op 1 januari 2022 voor een periode van 6 maanden.

Artikel 3

Context

De provincie Vlaams-Brabant heeft in de periode 2008-2015 gewerkt aan het planningsproces rond permanente bewoning op recreatieve terreinen. Alle zones werden gedetailleerd bestudeerd en voor ieder terrein is een toekomstvisie uitgewerkt. Vanuit deze visie werden verschillende deelplannen opgemaakt om deze visie ook juridisch afdwingbaar te maken. Hierin werden randvoorwaarden vastgelegd.

De provincie maakte samen met de betrokken gemeenten een draaiboek op waarin al de nodige acties met aanduiding van de betrokken actoren opgenomen werden. Er zal gewerkt worden op volgende 6 sporen:

          Realiseren van een bijkomend aanbod van kleine, betaalbare (sociale) woongelegenheden van voldoende kwaliteit en woonzekerheid, met aandacht voor de eigenheid van het kleinschalig wonen.

          Begeleiding en ondersteuning van de permanente bewoners naar een betaalbaar en kwaliteitsvol woonalternatief met woonzekerheid.

          Uitvoering geven aan de kwalitatieve inrichting en beheer van de terreinen.

          Ondersteuning van de toeristische infrastructuur.

          Het herstellen en ontwikkelen van natuur.

          Handhaving.

Takenpakket medewerker weekendverblijven

1)      Vergunningentoestand controleren en nodige functiewijzigingen ondersteunen

          Per cluster (afhankelijk van wens gemeente) via gerichte plaats- en terreinbezoeken bij de eigenaars/bewoners.

          Voorkomend probleem is voor veel mensen het financieel aspect en zeker indien zij een architect hiervoor nodig hebben. Rotselaar speelt met het idee om hiervoor een architect te zoeken die de mensen hierin kan ondersteunen.

          Het ondersteunen van mensen bij het luik ‘digitalisering’ voor stedenbouwkundige handelingen via het omgevingsloket zou ook kunnen uitgevoerd worden door de medewerker van IGO.

2)      Samenwerking met en terugkoppeling naar actoren:

          Gemeente (dienst omgeving) en OCMW (sociale dienst);

          Woonproject: woningkwaliteit (technisch adviseur) + beleid (coördinator);

          Provincie en RISO Vlaams-Brabant (opbouwwerk);

          Handhaving (politie en Interleuven).

Artikel 4

De dienstverlening heeft een prijs van €19.250 voor de inzet van een halftijdse medewerker weekendverblijven in de periode 01.01.2022-30.06.2022.

IGO communiceert na opmaak van haar begroting een eventuele kostenverhoging voor de volgende kalenderjaren. Deze bedraagt maximaal 4% van de basisprijs en wordt gecumuleerd met eventuele eerdere kostenverhogingen.

Zolang IGO div kan genieten van de erkenning als kostendelende vereniging en Rotselaar vennoot blijft van IGO div, is er geen BTW verschuldigd op de vermelde bedragen.

Artikel 5

Voor de uitvoering van de opdracht wordt volgende betalingsprocedure overeengekomen:

De toelage wordt opgevraagd in 1 schijf, nl. 50% van het totaalbedrag rond 15 februari 2022.

Alle betalingen gebeuren door storting op het rekeningnummer BE36 7364 0325 0181 van IGO div, met vermelding van de gestructureerde mededeling.

Alle betalingen geschieden binnen 30 kalenderdagen na facturatiedatum. Facturen die op de vervaldag niet betaald zijn, zullen van rechtswegen en zonder voorafgaande ingebrekestelling verhoogd worden met een verwijlinterest van 8,5% op jaarbasis op het verschuldigde bedrag, te rekenen vanaf de factuurdatum en dit tot aan de gehele voldoening, waarbij elk gedeelte van een maand voor een gehele maand wordt gerekend. Voormelde verwijlinterest zal overeenkomstig art. 1154 van het BW worden gekapitaliseerd.

Artikel 6

IGO div garandeert een maximale aanwezigheid van een medewerker voor de uitvoering van de opdracht. Indien de medewerker afwezig is in een stelsel dat geen loonkost met zich meedraagt voor IGO div, zal het lokaal bestuur gecrediteerd worden voor deze periode. Bijvoorbeeld: de medewerker belast met deze opdracht is twee weken ziek buiten de periode van gewaarborgd loon bij IGO div. In dit specifieke geval zal de gemeente Rotselaar 2/52ste van het aangerekende bedrag gecrediteerd krijgen.

Artikel 7

Wat deze overeenkomst betreft, zijn de contactpersonen Geert Van Aerschot, algemeen Directeur, voor IGO div, An Craninckx, algemeen directeur voor het lokaal bestuur, Jelle Wouters, Burgemeester voor het lokaal bestuur.  

Voor de uitvoering zijn de contactpersonen:

 voor IGO div: Ronald Grobben, teamcoach Omgeving

 voor IGO div: Johan Eyben, coördinator Wonen aan de Dijle Zuid

 voor het lokaal bestuur: Dirk Claes, schepen wonen

 voor het lokaal bestuur: Thomas Benaets, afdelingshoofd grondgebiedszaken

Artikel 8

IGO div hecht groot belang aan de persoonlijke levenssfeer en verwerkt de persoonsgegevens die haar worden verstrekt met de grootste zorg. Het privacybeleid van IGO div valt onder het algemeen gevoerde informatieveiligheidsbeleid en is te consulteren op https://www.igo.be/igo/privacyverklaring.

Artikel 9

In geval van betwisting zijn de rechtbanken van het arrondissement Leuven bevoegd.

 

Publicatiedatum: 01/12/2021
Overzicht punten

Openbare zitting van 26 oktober 2021

 

Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze riolerings- en wegenisproject Rotselaar-Centrum: Kapelstraat, Groenstraat, Parkstraat en Pastorijstraat

 

Voorgeschiedenis

          De ontwerpopdracht voor de opdracht 'Riolerings- en wegenisproject Rotselaar-Centrum: Kapelstraat, Groenstraat, Parkstraat en Pastorijstraat' werd toegewezen aan Groep Infrabo nv, Langstraat 65 te 2260 Westerlo.

 

Juridische gronden

          De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

          De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36, en meer bepaald  artikels 2, 36° en 48 die een gezamenlijke realisatie van de opdracht in naam en voor rekening van meerdere aanbesteders toelaat.

          Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

          Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

          De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

          Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

          Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

          Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.

 

Argumenten

          In het kader van de opdracht 'Riolerings- en wegenisproject Rotselaar-Centrum: Kapelstraat, Groenstraat, Parkstraat en Pastorijstraat' werd een bestek met nr. R002936 opgesteld door de ontwerper, Groep Infrabo nv, Langstraat 65 te 2260 Westerlo.

          Het betreft de aanleg van een gescheiden rioleringsstelsel en de aanleg van wegenis in de Kapelstraat, Groenstraat, Parkstraat en Pastorijstraat.

          Het betreft een gezamenlijke opdracht waarbij het aangewezen is dat Gemeente Rotselaar de procedure zal voeren en in naam van Fluvius System Operator cvba bij de gunning van de opdracht zal optreden.

          Gezamenlijk aankopen kan leiden tot aanzienlijke besparingen en administratieve vereenvoudiging.

          De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 2.627.571,47 excl. btw of € 2.773.946,37 incl. 21% btw. In het meerjarenplan 2020-2025/aanpassing 2020 is volgende verdeelsleutel opgenomen:

- aandeel gemeente Rotselaar: € 697.023,31 excl. btw of € 843.398,21 incl. btw.

- aandeel Fluvius: € 1.930.548,16 incl. btw.

          Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.

 

Financiële gevolgen

Uitgave

Actieplan: 0701

Actie: 070102

Sleutel: 2240000/020000

Project: GIP01

Subproject: GIP0110

Budget 2021-2023: € 861.468,98

Beschikbaar budget 2021: € 72.106,01

Raming: € 843.398,21

 

Ontvangst:

Actieplan: 0701

Actie: 070102

Sleutel: 2810000/020000

Ontvangst (2022): € 700.000

 

Bij de aanpassing van het meerjarenplan in 2021 worden de noodzakelijke budgettaire aanpassingen gedaan met het oog op de gunning.

 

Besluit

 

Na beraadslaging,

23 stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Carine Goris, Patrick Vervoort, Piet De Bruyn, Nele Demuynck, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Maarten Mommaerts, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Bart De Vos, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Gert Heylen

Artikel 1:

Het bestek met nr. R002936 en de raming voor de opdracht 'Riolerings- en wegenisproject Rotselaar-Centrum: Kapelstraat, Groenstraat, Parkstraat en Pastorijstraat', opgesteld door de ontwerper, Groep Infrabo nv, Langstraat 65 te 2260 Westerlo worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 2.292.517,66 excl. btw of € 2.773.946,37 incl. 21% btw, waarvan € 697.023,31 excl. btw of € 843.398,21 incl. btw ten laste van de gemeente Rotselaar.

Artikel 2:

Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de openbare procedure.

Artikel 3:

Gemeente Rotselaar wordt gemandateerd om de procedure te voeren en in naam van Fluvius System Operator cvba bij de gunning van de opdracht op te treden.

Artikel 4:

In geval van een juridisch geschil omtrent deze overheidsopdracht, is elk deelnemend bestuur mee verantwoordelijk voor alle mogelijke kosten in verhouding tot zijn aandeel in de opdracht.

Artikel 5:

Afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan de deelnemende besturen.

Artikel 6:

De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal niveau.

Artikel 7:

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2021-2023, op budgetsleutel 2240000/020000 van de investeringen.

De ontvangst voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2022, op budgetsleutel 2810000/020000.

 

Publicatiedatum: 01/12/2021
Overzicht punten

Openbare zitting van 26 oktober 2021

 

Lokaal Energie- en KlimaatPact - ondertekening

 

Voorgeschiedenis

          De gemeente Rotselaar heeft op 25 juni 2014 het Burgemeestersconvenant 2020, aangaande de realisatie van de Europese klimaatdoelstellingen, ondertekend.

          Besluit van de gemeenteraad van 17 december 2015 betreffende het gemeentelijke klimaatactieplan (SEAP).

          Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 9 september 2019 betreffende de ondertekening van het Vlaams-Brabants klimaatengagement.

          De gemeente Rotselaar heeft op 27 oktober 2020 het Burgemeestersconvenant 2030, aangaande de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen, ondertekend.

 

Feiten en context

          De Vlaamse Regering wenst met zo veel mogelijk Vlaamse steden en gemeenten een pact te sluiten met wederzijdse engagementen in het Vlaamse klimaat- en energiebeleid. Door deze samenwerking hoopt de Vlaamse regering een versnelling te bewerkstelligen in de uitvoering van concrete klimaatacties om samen de nodige transitie in het energie- en klimaatbeleid waar te maken. De lokale besturen hebben de meeste impact om concrete lokale projecten tot uitvoering te brengen. De Vlaamse overheid beschikt over mogelijkheden om algemene maatregelen die de transitie kunnen versnellen in kaart te brengen en te stimuleren, zoals door financiële impulsen, wettelijke impulsen, kennisopbouw en -verspreiding.

          De Vereniging voor Vlaamse steden en gemeenten (VVSG) ondertekende reeds het Pact als prominente partner en gaat via het Netwerk Klimaat mee ondersteuning beiden, hindernissen detecteren en kennis uitwisselen door de ervaring en de goede praktijken van de lokale besturen te delen.

          Lokale besturen engageren zich door ondertekening van het Pact om:

• Het Burgemeestersconvenant 2030 te ondertekenen en uit te werken;

• Een gemiddelde jaarlijkse primaire energiebesparing van minstens 2,09% te realiseren in hun eigen gebouwen (inclusief technische infrastructuur, exclusief onroerend erfgoed);

• Een reductie van de CO2-uitstoot van hun eigen gebouwen en technische infrastructuur met 40% in 2030 ten opzichte van 2015 te realiseren;

• Tegen ten laatste 2030 de openbare verlichting te verLEDden;

• Het draagvlak voor hernieuwbare energie te verhogen, geen heffingen op hernieuwbare energie installaties in te voeren en bestaande, zoals de heffing op pylonen van windmolens, af te bouwen tegen ten laatste 2025;

• Lokale warmte- en sloopbeleidsplannen op te maken;

• Burgers, bedrijven en verenigingen te stimuleren om samen met het lokale bestuur de concrete en zichtbare streefdoelen uit de vier werven van het Pact te behalen.

          De Vlaamse overheid engageert zich om:

• Via het Netwerk Klimaat professionele ondersteuning te bieden aan de lokale besturen, zoals bepaald in het subsidiebesluit en de werkprogramma's;

• Via andere partners binnen de Vlaamse overheid (bv. VEB met het SURE2050-project voor het publiek patrimonium) lokale besturen projectmatige ondersteuning te bieden;

• Samen met de andere lokale besturen actief mee te werken aan het elimineren van de mogelijke hindernissen die lokale besturen ondervinden in het realiseren van dit Pact;

• Haar eigen voorbeeldfunctie in te vullen en relevante actoren te overtuigen om het Pact te ondertekenen;

• In samenspraak met het middenveld, onderzoeksinstellingen en de verschillende sectororganisaties de wederzijdse engagementen in het kader van het Pact op te volgen en te stroomlijnen;

• Aan lokale besturen (en/of andere actoren) de beleidsmaatregelen, voorzien door de Vlaamse, Federale en Europese begroting, actief en stelselmatig te promoten die nuttig kunnen zijn om mee de doelstellingen van het Pact te realiseren. Onder potentiële inbreng van de Vlaamse overheid (hoofdstuk 4 van het Pact) wordt dit waar mogelijk geconcretiseerd;

• Ter bijkomende ondersteuning van de klimaatparticipaties van de gemeenten die het Pact ondertekenen, in een extra jaarlijkse budget van € 10 000 000, evenals een vast gedeelte van de vrij beschikbare middelen binnen het Vlaams klimaatfonds, te voorzien. Deze budgettaire engagementen kunnen aangepast worden in functie van het algemeen begrotingsbeleid.

          Lokale besturen sluiten dit pact met de Vlaamse regering en beide partijen gaan een engagement aan om de vooropgestelde doelstellingen te behalen. Van lokale besturen wordt verwacht dat zij acties ondernemen die bijdragen aan het behalen van de doelstellingen. Ze dienen ook barrières en knelpunten te melden aan de Vlaamse regering. De Vlaamse regering dient als aanspreekpunt om deze te helpen wegwerken. De Vlaamse regering geeft ook de financiële ondersteuning, zonder een te grote administratieve druk op lokale besturen te veroorzaken.

          De doelstellingen van de vier werven (zie verder) moeten op Vlaams niveau behaald worden en niet per gemeente. De (deelnemende) gemeenten ondernemen actie in de mate dat dit voor hen mogelijk is.

          Ondertekening van het pact geeft automatisch recht op de financiële ondersteuning voor klimaatacties van gemeenten. Er wordt gewerkt met een 50% cofinanciëring, deze eigen middelen mogen ook gaan om personeelskosten. Op deze manier toont een gemeente ook haar engagement. Het volledige budget wordt jaarlijks verdeeld onder de gemeenten die het klimaatpact ondertekenden. Het definitieve bedrag zal ten laatste 1 december 2021 bekend gemaakt worden. Het Agentschap Binnenlands Bestuur betaalt uiterlijk op 30 april 2022 het subsidiebedrag uit.

          De doelstellingen van het Pact zijn opgedeeld in vier ‘werven’ aangaande vergroening, energetische aspecten, mobiliteit en verdroging:

Werf 1: Vergroening ('Laten we een boom opzetten')

Werf 2: Energetische projecten ('Verrijk je wijk')

Werf 3: Mobiliteit ('Elke buurt deelt en is duurzaam bereikbaar')

Werf 4: Droogte problematiek ('Water het nieuwe goud')

 

Juridische gronden

          Opmaak van het Vlaams Energie- en Klimaatplan (VEKP) 2021-2030.

          Het Regeerakkoord Vlaamse Regering 2019-2024:

Ook de Vlaamse en lokale overheden nemen hun verantwoordelijkheid en geven het goede voorbeeld. Net zoals de Vlaamse Overheid zullen gemeenten, steden, intercommunales, OCMW’s, provincies en autonome gemeentebedrijven worden gevraagd dat zij hun broeikasgassen met 40% reduceren in 2030 ten opzichte van 2015 en vanaf 2020 per jaar een energiebesparing van 2,09% realiseren op het energieverbruik van hun gebouwenpark (inclusief technische infrastructuur, exclusief onroerend erfgoed

          Artikel 2 van het decreet over het lokaal bestuur

De gemeenten zijn overeenkomstig artikel 41 van de grondwet bevoegd voor de aangelegenheden van gemeentelijk belang. Voor de verwezenlijking daarvan kunnen ze alle initiatieven nemen. Ze beogen om bij te dragen aan de duurzame ontwikkeling van het gemeentelijk gebied.

 

Argumentatie

          Het regeerakkoord Vlaamse Regering 2019-2024 stipuleert dat de Vlaamse en lokale overheden hun verantwoordelijkheid nemen en het goede voorbeeld geven. Net zoals de Vlaamse Overheid zullen gemeenten, steden, intercommunales, OCMW’s, provincies en autonome gemeentebedrijven worden gevraagd om hun broeikasgassen met 40% reduceren in 2030 ten opzichte van 2015 en vanaf 2020 per jaar een energiebesparing van 2,09% realiseren op het energieverbruik van hun gebouwenpark (inclusief technische infrastructuur, exclusief onroerend erfgoed).

          De gemeente Rotselaar engageerde zich reeds in eerdere besluiten van de gemeenteraad voor het burgemeestersconvenant 2030 en de opmaak van een nieuw SECAP.

          Door deel te nemen aan het Energie- en klimaatpact worden door de Vlaamse regering aan de gemeente financiële middelen ter beschikking gesteld om doelen die ook zullen vervat zitten in het SEAP en SECAP na te streven.

 

Financiële gevolgen

Ontvangsten

Geraamd bedrag: (minstens) € 55.000 in 2022.

Budgetsleutel: 7406130/035000/060402

vaste code ABB-LEKP-2021

 

Besluit

 

Na beraadslaging,

23 stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Carine Goris, Patrick Vervoort, Piet De Bruyn, Nele Demuynck, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Maarten Mommaerts, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Bart De Vos, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Gert Heylen

Enig artikel:

De gemeente Rotselaar beslist om het Lokaal Energie- en Klimaatpact te ondertekenen.

 

Publicatiedatum: 01/12/2021
Overzicht punten

Openbare zitting van 26 oktober 2021

 

Deontologische code voor lokale mandatarissen - goedkeuring

 

Voorgeschiedenis

          Besluit van de gemeenteraad van 25 maart 2013

De gemeenteraad keurt haar deontologische code goed.

 

Feiten, context en argumentatie

          De gemeenteraad keurde bij besluit van 25 maart 2013 een deontologische code goed. De raad voor maatschappelijk welzijn nam nog geen deontologische code aan. Door het decreet lokaal bestuur werd de samenstelling en organisatie van de beide raden gewijzigd. Thans wordt voor de beide bestuursorganen een gezamenlijke deontologische code vastgesteld.

          De deontologische code is een algemene leidraad voor lokale mandatarissen om deontologisch zorgvuldig te kunnen handelen bij de uitoefening van hun mandaat en geeft de lokale mandatarissen een kader waarbinnen ze hun mandaat dienen uit te oefenen.

 

Juridische gronden

          Artikel 39 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017

De gemeenteraad neemt een deontologische code aan.

 

Besluit

 

Na beraadslaging,

21 stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Carine Goris, Patrick Vervoort, Piet De Bruyn, Nele Demuynck, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Bart De Vos, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Gert Heylen

2 onthoudingen: Jeroen Janssens en Maarten Mommaerts

Enig artikel:

De gemeenteraad keurt de deontologische code voor lokale mandatarissen goed.

 

Deontologische code voor lokale mandatarissen

 

Artikel 1

De deontologische code is van toepassing op de voorzitter en de leden van de gemeenteraad en de de raad voor maatschappelijk welzijn, de leden van het college van burgemeester en schepenen en het vast bureau, de voorzitter en de leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst.

 

Deze code is bij uitbreiding eveneens van toepassing op de medewerkers van de lokale mandatarissen, welke ook hun statuut of hoedanigheid is (kabinets- en fractiemedewerkers), en op de vertrouwenspersonen.

 

Lokale mandatarissen die namens de gemeente andere mandaten bekleden, zijn in die hoedanigheid eveneens ertoe gehouden de bepalingen van de deontologische code na te leven. Dit geldt zowel voor de mandaten die rechtstreeks in verband staan met hun ambt als voor alle hiervan afgeleide mandaten.

 

Indien een mandaat namens de gemeente wordt opgenomen door een extern persoon, dus niet vermeld onder de eerste paragraaf van dit artikel, zal bij diens aanstelling gevraagd worden deze deontologische code te onderschrijven.

 

Zij zullen er tevens over waken dat zij, ook buiten het kader van deze mandaten, geen dienstverlenende activiteiten ontplooien die afbreuk doen aan de eer en de waardigheid van hun ambt.

 

Artikel 2

Een lokale mandataris mag zijn/haar invloed en stem niet gebruiken voor het eigen persoonlijk belang. Dat mag ook niet voor het persoonlijk belang van een ander persoon of het belang van een organisatie bij wie hij/zij een directe of indirecte betrokkenheid heeft.

 

Artikel 3

Een lokale mandataris gaat actief en uit zichzelf alle vormen van belangenvermenging, en zelfs de schijn daarvan, tegen. Een lokale mandataris neemt geen deel aan de bespreking en de stemming wanneer er sprake is van een beslissing waarbij belangenvermenging speelt.

 

Artikel 4

Een lokale mandataris beseft dat mogelijke belangenvermenging niet beperkt is tot de bespreking en stemming. Daarom zorgt een lokale mandataris dat er ook geen enkele beïnvloeding is tijdens de andere fases van het besluitvormingsproces.

 

Artikel 5

Een lokale mandataris zorgt dat bij contacten met de burger nooit de schijn gewekt wordt dat particuliere belangen begunstigd (kunnen) worden.

 

Artikel 6

Een lokale mandataris mag de in artikel 10 van het Decreet Lokaal Bestuur genoemde functies niet uitoefenen.

 

Artikel 7

Een lokale mandataris mag de in artikel 27 §2 van het Decreet Lokaal Bestuur genoemde overeenkomsten en handelingen niet aangaan.

 

Artikel 8

Ter bevordering van de transparantie en om schijn van partijdigheid te voorkomen, meldt een lokale mandataris aan de algemeen directeur welke betaalde en onbetaalde mandaten hij/zij vervult naast het lokale politieke mandaat.

 

Artikel 9

Een lokale mandataris meldt aan de algemeen directeur wanneer hij/zij substantiële financiële belangen heeft (bijvoorbeeld aandelen of opties) in een onderneming waarmee de gemeente zaken doet of waarin de gemeente een belang heeft.

 

Artikel 10

De door een lokale mandataris gemelde mandaten en substantiële financiële belangen zijn openbaar en worden ter inzage gelegd. Ook een tussentijds ontstaan mandaat of belang moet meegedeeld worden. De algemeen directeur of een personeelslid dat daartoe door de algemeen directeur werd aangewezen, draagt zorg voor een geactualiseerde openbare lijst van gemelde mandaten en belangen.

 

Artikel 11

Een lokale mandataris mag zijn/haar invloed en stem niet laten kopen of beïnvloeden door geld, goederen, diensten of andere gunsten die hem/haar gegeven of beloofd werden.

 

Artikel 12

De lokale mandataris moet op een objectieve manier handelen en beslissen in het algemeen belang en niet in het particulier belang. Een lokale mandataris moet actief en uit zichzelf de schijn van corruptie tegengaan.

 

Artikel 13

Een lokale mandataris neemt geen geschenken aan die hem/haar door zijn/haar functie worden aangeboden.

 

Uitgezonderd zijn de attenties waarbij de schijn van corruptie en beïnvloeding minimaal is én waarbij minstens aan één van de onderstaande voorwaarden voldaan wordt:

Het weigeren of teruggeven van het geschenk zou de gever ernstig kwetsen of bijzonder in verlegenheid brengen.

De overhandiging van het geschenk vindt in het openbaar plaats.

Het terugbezorgen van het geschenk is praktisch onwerkbaar.

Het gaat om een prijs die door de lokale mandataris gewonnen wordt bij een tombola of activiteit.

 

Tevens geldt dit niet inzake publieke evenementen in Rotselaar, evenementen die in samenwerking met het lokaal bestuur elders worden georganiseerd of activiteiten die door publieke organisaties of partners van het lokaal bestuur worden georganiseerd.

 

De lokale mandataris verbindt zich noch formeel noch informeel tot een wederdienst en handelt en beslist steeds in het algemeen belang.

 

Artikel 14

Als geschenken (al dan niet volgens de regels in artikel 13 van deze code) in het bezit komen van een lokale mandataris, wordt dit door de lokale mandataris gemeld aan de algemeen directeur.

 

Afhankelijk van de aard van het geschenk en de omstandigheden waarin het gegeven werd, wordt het ofwel alsnog terugbezorgd, ofwel eigendom van de gemeente. De algemeen directeur registreert deze giften en geeft ze in alle transparantie een gemeentelijke bestemming.

 

Artikel 15

De gemeenteraad kan in concrete gevallen afwijken van de regels die gelden over het aannemen van geschenken. Dit kan enkel in volledige openbaarheid.

 

Artikel 16

Een lokale mandataris accepteert geen persoonlijke geschenken, voordelen of diensten van anderen, die hem/haar uit door zijn/haar functie worden aangeboden, ontvangen, tenzij aan alle onderstaande voorwaarden voldaan wordt:

­ Het weigeren ervan maakt het raadswerk onmogelijk of onwerkbaar.

­ De schijn van corruptie of beïnvloeding is minimaal.

 

Artikel 17

Een lokale mandataris gebruikt die persoonlijke geschenken, voordelen of diensten die voor zijn/haar raadswerk aangenomen mogen worden nooit voor privédoeleinden.

 

Artikel 18

Een lokale mandataris accepteert uitnodigingen (lunches, diners, recepties en andere) die door anderen betaald of gefinancierd worden enkel in zijn hoedanigheid van lokaal mandataris wanneer aan alle onderstaande voorwaarden voldaan wordt:

­ De uitnodiging behoort tot de uitoefening van het raadswerk.

­ De aanwezigheid kan worden beschouwd als functioneel (werkbezoek, werkoverleg, protocollaire taken, formele vertegenwoordiging van de gemeente/het OCMW, …).

­ De schijn van corruptie of beïnvloeding is minimaal.

 

Deze regeling geldt niet inzake publieke evenementen in Rotselaar, evenementen die in samenwerking met het lokaal bestuur elders worden georganiseerd of activiteiten die door publieke organisaties of partners van het lokaal bestuur worden georganiseerd.

De lokale mandataris verbindt zich noch formeel noch informeel tot een wederdienst en handelt en beslist steeds in het algemeen belang.

 

Artikel 19

Een lokale mandataris accepteert werkbezoeken, waarbij reis- en verblijfkosten door anderen betaald worden alleen bij hoge uitzondering. Een dergelijke invitatie dient altijd besproken te worden op de gemeenteraad of het fractievoorzittersoverleg. De invitatie kan alleen geaccepteerd worden wanneer het bezoek aantoonbaar van belang is voor de gemeente en de schijn van corruptie of beïnvloeding minimaal is. Van een dergelijk werkbezoek wordt altijd (schriftelijk) verslag gedaan aan de raad.

 

Artikel 20

Een lokale mandataris houdt zich aan de regels die vastgelegd zijn over het gebruik van faciliteiten en middelen van het lokaal bestuur.

 

Artikel 21

Een lokale mandataris houdt zich aan de regels die vastgesteld zijn voor het gebruik van interne voorzieningen die voor het raadswerk worden voorzien zoals opgenomen in het huishoudelijk reglement.

 

Artikel 22

Een lokale mandataris houdt zich aan de regels over onkostenvergoedingen zoals vastgesteld in het huishoudelijk reglement.

 

Artikel 23

De gemeenteraad werkt onder het principe van principiële openbaarheid. Zij ziet erop toe dat het college van burgemeester en schepenen alle relevante informatie aangaande dossiers, stukken en akten openbaar toegankelijk maakt.

 

Artikel 24

Een lokale mandataris communiceert eerlijk over de redenen en motieven op basis waarvan hij/zij individueel gestemd heeft. Daarnaast communiceert een lokale mandataris eerlijk over de reden en motieven op basis waarvan de raad als geheel de beslissing genomen heeft.

 

Artikel 25

Een lokale mandataris is gebonden aan het beroepsgeheim wanneer hij/zij door de functie van lokale mandataris kennis krijgt van geheimen die door personen aan de gemeente zijn toevertrouwd. Bekendmaking van deze geheimen is verboden, behalve wanneer de wet de openbaring oplegt of mogelijk maakt.

 

Artikel 26

Naast het strenge beroepsgeheim geldt eveneens een geheimhoudingsplicht voor lokale mandatarissen. Deze plicht beschermt wat besproken wordt tijdens een besloten vergadering (feiten, meningen, overwegingen…).

 

Artikel 27

Een lokale mandataris heeft een algemene discretieplicht. Hij/zij gaat op discrete en voorzichtige wijze om met de informatie die hem/haar toekomt in de uitoefening van zijn/haar functie.

 

Artikel 28

Een lokale mandataris gebruikt de informatie die hij/zij kreeg door de uitoefening van zijn/haar functie en die niet berust onder de openbaarheid van bestuur enkel voor zijn/haar raadswerk en niet voor zijn/haar persoonlijk belang of voor het persoonlijk belang van anderen.

 

Artikel 29

Een lokale mandataris maakt brieven niet openbaar en stuurt e-mails niet door wanneer het niet zeker is dat de afzender daarmee zou instemmen. Bij twijfel over de bedoeling van de afzender wordt de expliciete toestemming gevraagd.

 

Artikel 30

Raadsleden gaan respectvol om met elkaar, de leden van het college en de personeelsleden van de gemeente.

 

Artikel 31

Raadsleden richten zich tot elkaar, de leden van het college en de leden van het bijzonder comité, de algemeen directeur en de andere personeelsleden op een correcte wijze en dit zowel verbaal, non-verbaal als schriftelijk, inclusief de elektronische communicatie.

 

Artikel 32

Lokale mandatarissen houden zich tijdens vergaderingen van de politieke organen aan het huishoudelijk reglement en volgen de aanwijzingen van de voorzitter hierover op.

 

Artikel 33

Lokale mandatarissen onthouden zich in het openbaar, dus ook in openbare raads- en commissievergaderingen, van negatieve uitlatingen over individuele personeelsleden.

 

Artikel 34

De gemeenteraad stelt regels op over het omgaan met de deontologische code en mogelijke schendingen ervan.

Er wordt een deontologische commissie ingesteld die waakt over de naleving van de deontologische code. Alle fracties maken deel uit van die deontologische commissie (1 lid per fractie). De leden van de deontologische commissie zijn ofwel gemeenteraadslid ofwel lid van het bijzondere comité van de sociale dienst.

 

De voorzitter van de gemeenteraad is voorzitter van de deontologische commissie. Als deze zelf het voorwerp uitmaakt van onderzoek, wordt de deontologische commissie voorgezeten door de voorzitter van het college van burgemeester en schepenen. Als één van de leden van de deontologische commissie het voorwerp uitmaakt van het onderzoek, wordt dat lid in de deontologische commissie vervangen door iemand van dezelfde politieke fractie.

 

Artikel 35

De deontologische commissie ziet erop toe dat de fracties en de individuele lokale mandatarissen volgens de deontologische code handelen.

 

Er zijn verschillende fasen te onderscheiden die spelen bij het toezien op de naleving van de deontologische code, namelijk:

­ het voorkomen van mogelijke schendingen

­ het signaleren van vermoedens van schendingen van de deontologische code

­ het eventueel onderzoeken van vermoedens van schendingen van de deontologische code

­ het eventueel zich uitspreken over schendingen van de deontologische code

 

Het voorkomen van mogelijke schendingen

 

Artikel 36

Wanneer een lokale mandataris twijfelt of een handeling die hij/zij wil verrichten een overtreding van de code zou kunnen zijn, wint het lid hierover advies in bij de algemeen directeur of het personeelslid dat door de algemeen directeur daartoe werd aangewezen.

 

Artikel 37

Wanneer een lokale mandataris twijfelt over een nog niet uitgevoerde handeling van een andere lokale mandataris, dan waarschuwt hij/zij die persoon. De lokale mandataris verwoordt de twijfels en verwijst de betrokkene zo nodig door naar de algemeen directeur of het personeelslid dat door de algemeen directeur daartoe werd aangewezen.

 

Het signaleren van vermoedens van schendingen

 

Artikel 38

Wanneer een lokale mandataris vermoedt dat een regel van de deontologische code is overtreden door een andere lokale mandataris, dan kan hij/zij hiervan melding van maken bij de algemeen directeur of het personeelslid dat door de algemeen directeur daartoe werd aangewezen.

 

Indien het vermoeden van een schending blijft bestaan, meldt de lokale mandataris dit aan de voorzitter van de gemeenteraad, die dan meteen doorverwijst naar de daartoe aangewezen persoon of deontologische commissie om een vooronderzoek te doen. De instantie onderzoekt de melding op de gegrondheid.  Daarbij moet het recht van de verdediging van het betrokken raadslid gevrijwaard worden.

 

Het onderzoeken van vermoedens van schendingen

 

Artikel 39

Wanneer er na vooronderzoek door de deontologische commissie een concreet vermoeden bestaat dat een lokale mandataris een regel van de deontologische code heeft overtreden, wordt dit overgemaakt aan de voorzitter van de gemeenteraad. Deze kan aan de algemeen directeur opdracht geven tot het verrichten van een uitgebreider onderzoek hiernaar. De algemeen directeur maakt deze nota vervolgens over aan de voorzitter van de gemeenteraad.

 

Het zich uitspreken over schendingen

 

Artikel 40

Wanneer er na de vaststelling in de deontologische commissie sprake is van overtreding van een regel van de deontologische code, kan dit leiden tot een uitspraak van de gemeenteraad over de betreffende mandataris die de schending heeft begaan.

 

Evalueren van de deontologische code

 

Artikel 41

Minimaal één keer per legislatuur evalueren de fractievoorzitters tijdens het fractieleidersoverleg deze deontologische code. Ze bekijken of de code nog actueel is, nog goed werkt en of ze nageleefd wordt.

 

Enkele algemene bepalingen

 

Artikel 42

De lokale mandatarissen zullen voor de omschrijving van hun dienstverlenende activiteiten geen termen gebruiken die verwarring kunnen scheppen met officiële, door de overheden ingestelde instanties belast met het verstrekken van informatie of met de behandeling van klachten. Het gebruik van de termen ‘ombuds’, ‘klachtendienst’ en andere afleidingen of samenstellingen is verboden.

 

Artikel 43

De lokale mandatarissen maken in hun verkiezingscampagnes en -mailings die gericht zijn op individuen geen melding van de diensten die zij eventueel voor de betrokkenen hebben verricht. In geen geval mogen zij de indruk wekken dat zij om steun vragen in ruil voor bewezen diensten.

 

Artikel 44

Bij hun optreden op en buiten het lokale bestuursniveau en in hun contacten met individuen, groepen, instellingen en bedrijven, geven de lokale mandatarissen principieel voorrang aan het algemeen boven het particulier belang.

 

Artikel 45

Elke vorm van rechtstreekse dienstverlening, informatiebemiddeling, doorverwijzing of begeleiding gebeurt zonder enige materiële of geldelijke tegenprestatie van welke aard of omvang ook en mag geen vorm van cliëntenwerving inhouden.

 

Artikel 46

De lokale mandatarissen staan op dezelfde gewetensvolle manier ten dienste van alle burgers zonder onderscheid van geslacht, huidskleur, afstamming, sociale stand, nationaliteit, filosofische en/of religieuze overtuiging, ideologische voorkeur of persoonlijke gevoelens.

 

Informatiebemiddeling

 

Artikel 47

Het behoort tot de wezenlijke taken van de lokale mandataris informatie te ontvangen en te verstrekken, in het bijzonder over de diensten die instaan voor informatieverstrekking en over de manier waarop de burger zelf informatie kan opvragen in het kader van de openbaarheid van bestuur.

 

Artikel 48

De lokale mandatarissen stellen informatie ter beschikking van de burger met betrekking tot de werking van de ombudsdiensten en van de diensten die instaan voor de behandeling van klachten over het optreden of het niet-optreden van de overheid.

 

Artikel 49

Informatie waarop de vraagsteller geen recht heeft, die de goede werking van de administratie kan doorkruisen of die de privacy van anderen in het gedrang kan brengen, mogen door de lokale mandatarissen niet worden doorgegeven.

 

Artikel 50

De lokale mandatarissen verwijzen de vragensteller, waar mogelijk, naar de bevoegde administratieve dienst(en). Waar het gaat om de behandeling van klachten en/of conflicten, worden de belanghebbenden in eerste instantie doorverwezen naar de bevoegde klachten- of ombudsdienst.

 

Bespoedigings- en begunstigingstussenkomsten

 

Bespoedigingstussenkomsten

 

Artikel 51

Bespoedigingstussenkomsten zijn tussenkomsten waarbij lokale mandatarissen een administratieve procedure proberen te bespoedigen in gevallen of in dossiers die zonder die tussenkomst een regelmatige afloop of resultaat zouden krijgen, maar dan na verloop van een langere verwerkings- of behandelingstermijn.

 

Dergelijke tussenkomsten, die een ongelijke behandeling van de betrokken burgers inhouden, zijn verboden.

 

Begunstigingstussenkomsten

 

Artikel 52

Begunstigingstussenkomsten zijn tussenkomsten waarbij de lokale mandataris zijn voorspraak aanwendt om de afloop of het resultaat van een zaak of van een dossier te beïnvloeden in de door de belanghebbende burger gewenste zin. Dergelijke tussenkomsten zijn verboden.

 

Artikel 53

Tussenkomsten bij selectievoerende instanties, die tot doel hebben het verhogen van kansen op benoeming, aanstelling en bevordering in de administratie, zijn verboden.

 

Lokale mandatarissen die om steun gevraagd worden door of voor kandidaten die een functie, aanstelling of bevordering ambiëren, delen betrokkene mee dat de aanstelling, de benoeming of de bevordering gebeurt op basis van de geldende normen en procedures. Zij verwijzen de belanghebbende naar de bevoegde dienst of instantie.

 

Artikel 54

Lokale mandatarissen mogen occasioneel en op eigen initiatief personen aanbevelen bij werkgevers in de particuliere sector. Ze mogen geen enkele tegenprestatie, van welke aard ook, beloven of leveren aan de betrokken werkgevers.

 

Artikel 55

De algemeen directeur neemt de nodige maatregelen opdat de dossierbehandelende personeelsleden alle tussenkomsten opnemen in het desbetreffende administratieve dossier, wat ook de aard van de tussenkomst of de hoedanigheid van de tussenkomende persoon is.

 

Artikel 56

Louter informatieve vragen van algemene of technische aard worden niet beschouwd als tussenkomsten die in het administratief dossier dienen te worden opgenomen.

 

Publicatiedatum: 01/12/2021
Overzicht punten

Openbare zitting van 26 oktober 2021

 

Huishoudelijk reglement van de gemeenteraad -aanpassing - goedkeuring gecoördineerde versie

 

Voorgeschiedenis

          Het besluit van de gemeenteraad van 28 mei 2019

De gemeenteraad keurt haar huishoudelijk reglement goed.

 

Feiten, context en argumentatie

          De gemeenteraad wenst haar huishoudelijk reglement aan te passen en artikel 43 §2 te schrappen. Artikel 43 §2 luidt als volgt:

'De gemeenteraadsleden, met uitzondering van de leden van het college van burgemeester en schepenen, kunnen ten belope van een maximum bedrag van 150 euro per jaar, de onkosten die verband houden met de uitoefening van het mandaat terugbetaald krijgen.

De gemeenteraadsleden bezorgen hiertoe een onkostennota met verantwoordingsstukken aan de algemeen directeur en dit uiterlijk tegen 31 januari van het jaar na het jaar waarop de onkosten betrekking hebben. De uitbetaling gebeurt in de loop van de maand maart daarop volgend. In het laatste jaar van de legislatuur wordt de onkostennota met verantwoordingsstukken voor 31 december van dat jaar aan de algemeen directeur bezorgd.

 

Juridische gronden

          Artikel 38 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017

De gemeenteraad stelt bij aanvang van de zittingsperiode een huishoudelijk reglement vast.

 

Besluit

 

Na beraadslaging,

23 stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Carine Goris, Patrick Vervoort, Piet De Bruyn, Nele Demuynck, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Maarten Mommaerts, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Bart De Vos, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Gert Heylen

Artikel 1:

Artikel 43 §2 van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, goedgekeurd bij besluit van 28 mei 2019, wordt opgeheven.

Artikel 2:

Het gecoördineerd huishoudelijk reglement van de gemeenteraad luidt als volgt

 

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN DE GEMEENTERAAD VAN ROTSELAAR

 

 

BIJEENROEPING GEMEENTERAAD

 

Artikel 1. - § 1. - De gemeenteraad vergadert ten minste tienmaal per jaar en zo dikwijls als de zaken die tot zijn bevoegdheid behoren, het vereisen.

 

§ 2. - De voorzitter van de gemeenteraad beslist tot bijeenroeping van de gemeenteraad en stelt de agenda van de vergadering op.

 

§ 3. - De voorzitter van de gemeenteraad moet de gemeenteraad bijeenroepen op verzoek van:

1° een derde van de zittinghebbende leden;

2° een vijfde van de zittinghebbende leden als zes weken na de datum van de vorige gemeenteraad nog geen bijeenroeping is gebeurd. De periode van zes weken wordt geschorst van 11 juli tot en met 15 augustus;

3° het college van burgemeester en schepenen;

4° de burgemeester voor zover het verzoek uitsluitend betrekking heeft op de eigen bevoegdheden van de burgemeester.

 

In hun schriftelijke aanvraag aan de algemeen directeur moeten de aanvragers de agenda vermelden, met voor elk punt een toegelicht voorstel van beslissing, en de datum en het uur van de beoogde vergadering. De algemeen directeur bezorgt vervolgens de voorstellen aan de voorzitter van de gemeenteraad. Deze aanvraag moet ingediend worden, zodanig dat de voorzitter de oproepingstermijnen bepaald in artikel 2 van dit reglement, kan nakomen.

 

De voorzitter roept de gemeenteraad bijeen op de aangewezen dag en het aangewezen uur en met de voorgestelde agenda.

 

Artikel 2. - § 1. - De oproeping wordt ten minste acht dagen vóór de dag van de vergadering aan het raadslid bezorgd. In spoedeisende gevallen kan gemotiveerd van deze oproepingsperiode worden afgeweken.

De oproeping wordt digitaal, via e-mail en het elektronisch systeem voor vergaderbeheer, aan de raadsleden bezorgd. Het e-mailbericht wordt naar het door het raadslid opgegeven e-mailadres verstuurd en bevat een digitale verwijzing naar de begeleidende stukken op het gemeentelijk elektronisch systeem voor vergaderbeheer.

 

§ 2. - De oproeping vermeldt in elk geval de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda van de vergadering en bevat een toegelicht voorstel van beslissing bij elk agendapunt waarover een beslissing moet worden genomen. De agendapunten moeten voldoende duidelijk omschreven zijn.

 

Artikel 3. - § 1. - Gemeenteraadsleden kunnen uiterlijk vijf dagen vóór de vergadering punten aan de agenda van de gemeenteraad toevoegen. Hiertoe bezorgen ze hun toegelicht voorstel van beslissing aan de algemeen directeur, die de voorstellen bezorgt aan de voorzitter van de gemeenteraad. Het bijkomend agendapunt wordt aan de algemeen directeur schriftelijk bezorgd, bij voorkeur per e-mail, Noch een lid van het college van burgemeester en schepenen, noch het college als orgaan, kan van deze mogelijkheid gebruik maken.

 

§ 2. – De algemeen directeur deelt de aanvullende agendapunten, zoals vastgesteld door de voorzitter van de gemeenteraad, samen met de bijbehorende toegelichte voorstellen onverwijld mee aan de gemeenteraadsleden. Dit verloopt conform de wijze van oproepen zoals bepaald in artikel 2 §1, tweede alinea.

 

 

OPENBARE OF BESLOTEN VERGADERING

 

Artikel 4. - § 1. - De vergaderingen van de gemeenteraad zijn in principe openbaar.

 

§ 2. - De vergadering is niet openbaar:

1° Als het om aangelegenheden gaat die de persoonlijke levenssfeer raken. Zodra een dergelijk punt aan de orde is, beveelt de voorzitter de behandeling in besloten vergadering;

2° Wanneer twee derde van de aanwezige leden van de gemeenteraad in het belang van de openbare orde of op grond van ernstige bezwaren tegen de openbaarheid hiertoe beslissen . De gemeenteraad moet deze beslissing motiveren.

 

Artikel 5. – De vergaderingen over de beleidsrapporten (= het meerjarenplan, de aanpassingen van het meerjarenplan en de jaarrekening) zijn in elk geval openbaar.

 

Artikel 6. - De besloten vergadering kan enkel plaatsvinden na de openbare vergadering, uitgezonderd in tuchtzaken.

 

Als tijdens de openbare vergadering blijkt dat de behandeling van een punt in besloten vergadering moet worden voortgezet, kan de openbare vergadering, enkel met dit doel, worden onderbroken.

 

Als tijdens de besloten vergadering blijkt dat de behandeling van een punt in openbare vergadering moet gebeuren, dan wordt dat punt opgenomen op de agenda van de eerstvolgende gemeenteraad. In geval van dringende noodzakelijkheid van het punt kan de besloten vergadering, enkel met dat doel, worden onderbroken.

 

 

BEROEPSGEHEIM

 

Artikel 7. – § 1. - De gemeenteraadsleden, alsmede alle andere personen die krachtens de wet of het decreet de besloten vergaderingen van de gemeenteraad bijwonen, zijn tot geheimhouding verplicht.

 

Dit artikel doet geen afbreuk aan de mogelijkheid van strafrechtelijke vervolging van de gemeenteraadsleden, alsmede van alle andere personen, vermeld in het eerste lid, wegens schending van het beroepsgeheim, overeenkomstig artikel 458 van het strafwetboek.

 

§ 2. – De verplichte geheimhouding geldt ook voor de besluiten van de andere organen van het gemeentebestuur m.b.t. de aangelegenheden die de persoonlijke levenssfeer raken en waarvan het gemeenteraadslid kennis neemt vanuit zijn/haar hoedanigheid als gemeenteraadslid.

 

§ 3. – De documenten die via het elektronisch systeem voor vergaderbeheer kunnen worden geraadpleegd, mogen niet gebruikt worden voor een doeleinde / op een wijze die onverenigbaar is met de rechten en verplichtingen van het mandaat.

 

 

INFORMATIE VOOR RAADSLEDEN EN PUBLIEK

 

Artikel 8. - § 1. - Plaats, dag en uur van de gemeenteraadsvergadering en de agenda worden openbaar bekend gemaakt door publicatie op de webstek van de gemeente. Dit gebeurt uiterlijk acht dagen voor de vergadering.

 

In spoedeisende gevallen wordt de agenda uiterlijk 24 uur nadat hij is vastgesteld, en uiterlijk vóór de aanvang van de vergadering openbaar gemaakt overeenkomstig het eerste lid.

 

§ 2. - Indien raadsleden punten aan de agenda toevoegen, wordt de aangepaste agenda binnen de 24 uur nadat hij is vastgesteld op dezelfde wijze bekend gemaakt.

 

§ 3. – De agenda van de gemeenteraad is raadpleegbaar via de digitale nieuwsbrief van de gemeente.

 

§ 4. – Tijdens de raadszitting ligt de agenda ter beschikking van het publiek dat de raad bijwoont.

 

§ 5. – De beslissingen van de gemeenteraad worden door de burgemeester bekendgemaakt op de webstek van de gemeente zoals bepaald in artikel 285 tot 287 van het decreet over het lokaal bestuur.

 

Artikel 9. - § 1. – De administratie van het gemeentebestuur maakt voor de opmaak en de verwerking van de notulen en de besluiten gebruik van een elektronisch systeem voor vergaderbeheer. De raadsleden nemen via dit systeem kennis van:

- de agenda van de gemeenteraad

- de ontwerpbesluiten van de gemeenteraad, met eventuele bijlagen

- de besluiten van de gemeenteraad, met eventuele bijlagen

- de nog goed te keuren en de goedgekeurde notulen van de gemeenteraad

- de agenda en het verslag van de gemeenteraadscommissies

- de besluiten van het college van burgemeester en schepenen (na goedkeuring van de notulen)

- de goedgekeurde notulen van het college van burgemeester en schepenen

- de goedgekeurde notulen van het directiecomité en de raad van bestuur van het autonoom gemeentebedrijf Rotselaar.

 

§ 2. – Elk gemeenteraadslid heeft toegang tot het elektronisch systeem voor vergaderbeheer. De login en de materiële en immateriële beveiligingssystemen voor authenticatie van het raadslid zijn strikt persoonlijk en mogen niet aan derden worden verstrekt. De toegang tot het elektronisch systeem is enkel geldig tijdens de duur van het mandaat.

 

Artikel 10. - § 1. – De gemeenteraadsleden hebben, vanaf de verzending van de oproeping, inzage in de dossiers van alle agendapunten, in het bijzonder de verklarende nota’s en plannen, de feitelijke gegevens, de eventuele briefwisseling, de eventuele adviezen en de toegelichte voorstellen van beslissing. Deze stukken worden opgenomen in het elektronisch systeem voor vergaderbeheer. De dossiers kunnen door de raadsleden worden ingekeken via het elektronisch systeem voor vergaderbeheer.

 

§ 2. – Elk ontwerp van meerjarenplan, aanpassingen van het meerjarenplan en de jaarrekening worden op zijn minst veertien dagen vóór de vergadering waarop ze worden besproken aan ieder lid van de gemeenteraad bezorgd.

Vanaf het ogenblik dat het ontwerp van het beleidsrapport bezorgd is aan de raadsleden, wordt aan hen ook de bijbehorende documentatie ter beschikking gesteld.

 

§ 3. – De algemeen directeur of de door hem aangewezen personeelsleden verstrekken aan de gemeenteraadsleden die erom verzoeken, technische toelichting over de stukken in de dossiers voor de vergadering van de gemeenteraad. Onder technische toelichting wordt verstaan het verstrekken van inlichtingen ter verduidelijking van de feitelijke gegevens die in de dossiers voorkomen en van het verloop van de procedure.

 

De raadsleden richten hun verzoek schriftelijk via e-mail aan de algemeen directeur. Het antwoord wordt gegeven op dezelfde wijze tenzij anders wordt overeengekomen. De mondelinge toelichting gebeurt tijdens de kantooruren tenzij anders wordt overeengekomen.

 

Artikel 11. - § 1. - De raadsleden hebben het recht van inzage in alle dossiers, stukken en akten die het bestuur van de gemeente en het autonoom gemeentebedrijf betreffen.

 

§ 2. – De notulen van het college van burgemeester en schepenen worden uiterlijk op dezelfde dag als de vergadering van het college volgend op deze waarop de notulen werden goedgekeurd, via het elektronisch vergadersysteem ter beschikking gesteld aan de gemeenteraadsleden.

 

§ 3. – De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad en die bestemd is voor de gemeenteraad, wordt meegedeeld aan de gemeenteraadsleden.

 

§ 4. - Zonder voorafgaande aanvraag kunnen worden ingezien tijdens de openingsuren van het directiesecretariaat:

1° de begrotingen/budgetten en meerjarenplannen van vorige dienstjaren van de gemeente en het OCMW Rotselaar en van het autonoom gemeentebedrijf Rotselaar.

2° de rekeningen van vorige dienstjaren van de gemeente en het OCMW Rotselaar en van het autonoom gemeentebedrijf Rotselaar

3° de adviezen uitgebracht door gemeentelijke adviesraden

 

§ 5. – Alle andere documenten en dossiers dan die bedoeld in artikel 10 en artikel 11 §2 en 4, die betrekking hebben op het bestuur van de gemeente, kunnen door de raadsleden worden ingekeken na afspraak met de algemeen directeur.

Om de algemeen directeur in de mogelijkheid te stellen te onderzoeken of de gevraagde documenten en dossiers betrekking hebben op het bestuur van de gemeente, delen de raadsleden aan de algemeen directeur schriftelijk of per e-mail duidelijk mee welke documenten zij wensen te raadplegen.

 

Aan de raadsleden wordt uiterlijk binnen acht werkdagen na de ontvangst van de aanvraag meegedeeld wanneer de stukken kunnen worden ingezien.

 

Het raadslid, dat de in deze paragraaf bedoelde stukken niet is komen raadplegen tijdens de week volgend op het tijdstip waarop hem is meegedeeld dat ze ter inzage liggen, wordt geacht af te zien van de gevraagde inzage.

 

§ 6. - De gemeenteraadsleden kunnen een afschrift krijgen van de dossiers, akten en stukken betreffende het bestuur van de gemeente. De vergoeding die eventueel wordt gevraagd voor het afschrift, mag in geen geval meer bedragen dan de kostprijs.

De raadsleden doen hun aanvraag tot het verstrekken van een afschrift schriftelijk of per e-mail gericht aan de algemeen directeur.

 

Artikel 12. - De gemeenteraadsleden hebben het recht de gemeentelijke instellingen en diensten die de gemeente opricht en beheert te bezoeken, ook de autonome gemeentebedrijven.

 

Om het college in de mogelijkheid te stellen het bezoekrecht praktisch te organiseren, delen de raadsleden aan de algemeen directeur minstens acht werkdagen vooraf schriftelijk of per e-mail mee welke instelling zij willen bezoeken en op welke dag en uur.

 

Tijdens het bezoek aan een gemeentelijke instelling of dienst mogen de raadsleden zich niet mengen in de werking. De raadsleden zijn op bezoek.

 

Artikel 13. - De gemeenteraadsleden hebben het recht aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen, met uitzondering van vragen die betrekking hebben op louter statistische gegevens.

 

Op schriftelijke vragen van raadsleden wordt binnen de maand na ontvangst schriftelijk geantwoord. Na afhandeling van de agenda van de openbare vergadering kunnen de raadsleden mondelinge vragen stellen over gemeentelijke aangelegenheden, die niet op de agenda van de gemeenteraad staan. Op deze mondelinge vragen wordt ten laatste tijdens de volgende zitting geantwoord.

 

 

QUORUM

 

Artikel 14. - § 1. - De gemeenteraad kan enkel beraadslagen of beslissen als de meerderheid van de zittinghebbende gemeenteraadsleden aanwezig is. Indien een kwartier na het vastgestelde uur niet voldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, schorst de voorzitter voor een kwartier de vergadering. Indien er na dit kwartier nog steeds onvoldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, stelt de voorzitter vast dat de vergadering niet kan doorgaan.

 

§ 2. - De gemeenteraad kan echter, als hij eenmaal bijeengeroepen is zonder dat het vereiste aantal leden aanwezig is, na een tweede oproeping, ongeacht het aantal aanwezige leden, op geldige wijze beraadslagen en beslissen over de onderwerpen die voor de tweede maal op de agenda voorkomen.

 

In de oproep wordt vermeld dat het om een tweede oproeping gaat. In de tweede oproeping worden de bepalingen van artikel 26 van het decreet over het lokaal bestuur overgenomen.

 

 

WIJZE VAN VERGADEREN

 

Artikel 15 . - De voorzitter zit de vergaderingen van de gemeenteraad voor en opent en sluit de vergaderingen.

Op de voor de vergadering vastgestelde dag en uur en van zodra voldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, verklaart de voorzitter de vergadering voor geopend.

 

Artikel 16. - § 1. - De voorzitter geeft kennis van de tot de raad gerichte verzoeken en doet alle mededelingen die de raad aanbelangen.

 

De gemeenteraad vat daarna de behandeling aan van de punten die vermeld staan op de agenda, in de daardoor bepaalde volgorde, tenzij de raad er anders over beslist.

 

§ 2. - Een punt dat niet op de agenda voorkomt, mag niet in bespreking worden gebracht, behalve in spoedeisende gevallen.

 

Tot spoedbehandeling kan enkel worden besloten door ten minste twee derde van de aanwezige leden. De namen van die leden en de motivering van de spoedeisendheid worden in de notulen vermeld.

 

Artikel 17. - § 1. - Nadat het agendapunt werd toegelicht, vraagt de voorzitter welk lid aan het woord wenst te komen over het voorstel.

 

De voorzitter verleent het woord naar de volgorde van de aanvragen en, ingeval van gelijktijdige aanvraag, naar gelang de rangorde van de raadsleden.

 

§ 2. - Indien de raad deskundigen wenst te horen, dienen zij door de voorzitter uitgenodigd te worden. Zij kunnen in geen geval deelnemen aan de besluitvorming. De voorzitter van de raad bepaalt wanneer ze aan het woord komen.

 

De voorzitter kan aan de algemeen directeur vragen om toelichtingen te geven.

 

Artikel 18. - Het woord kan door de voorzitter niet geweigerd worden voor een rechtzetting van beweerde feiten.

 

In de volgende gevallen en volgorde wordt het woord verleend bij voorrang op de hoofdvraag, waarvan de bespreking aldus wordt geschorst:

1° om te vragen dat men niet zal besluiten

2° om de verdaging te vragen

3° om een punt te verwijzen naar een gemeenteraadscommissie

4° om voor te stellen dat een ander dan het in bespreking zijnde probleem bij voorrang zou behandeld worden

5° om te eisen dat het voorwerp van de beslissing concreet zou omschreven worden

6° om naar het reglement te verwijzen

 

Artikel 19. – Met een amendement kan de raad een besluit nemen dat afwijkt van het ontwerpbesluit.

De amendementen worden vóór de hoofdvraag en de subamendementen vóór de amendementen ter stemming gelegd.

 

Een amendement wordt ingediend door één of meer raadsleden. De raad beslist uiteindelijk of een amendement wordt aangenomen of verworpen. Een amendement wordt schriftelijk ingediend bij de voorzitter en wordt mondeling toegelicht.

 

Artikel 20. - Niemand mag onderbroken worden wanneer hij spreekt, behalve voor een verwijzing naar het reglement of voor een terugroeping tot de orde.

 

Als een lid van de raad, aan wie het woord werd verleend, afdwaalt van het onderwerp, kan alleen de voorzitter hem tot de behandeling van het onderwerp terugbrengen. Indien na een eerste verwittiging het lid verder van het onderwerp blijft afdwalen, kan hem het woord door de voorzitter ontnomen worden. Elk lid dat in weerwil van de beslissing van de voorzitter tracht aan het woord te blijven, wordt geacht de orde te verstoren.

 

Dit geldt eveneens voor hen die het woord nemen zonder het te hebben gevraagd en bekomen, en die aan het woord blijven in weerwil van het bevel van de voorzitter.

 

Elk scheldwoord, elke beledigende uitdrukking en elke persoonlijke aantijging worden geacht de orde te verstoren.

 

Artikel 21. - De voorzitter is belast met de handhaving van de orde in de vergadering. Van de handelingen die hij in dit verband stelt, wordt melding gemaakt in de notulen.

 

Elk raadslid dat de orde verstoort, wordt door de voorzitter tot de orde teruggeroepen. Elk lid dat tot de orde werd teruggeroepen, mag zich verantwoorden, waarna de voorzitter beslist of de terugroeping tot de orde gehandhaafd of ingetrokken wordt.

 

Artikel 22. – Gedurende de zitting van de raad :

1. bevindt het publiek zich stilzwijgend in een voorbehouden gedeelte van de raadzaal

2. is het verboden dat het publiek contact neemt met een raadslid tijdens zijn deelname aan de raad

3. mag geen enkel verzoekschrift rechtsreeks aan de raad worden overhandigd

4. is het gebruik van klank- en beeldregistratieapparaten enkel toegelaten mits de toestemming van de voorzitter

 

De voorzitter kan, na een voorafgaande waarschuwing, elke toehoorder die openlijk tekens van goedkeuring of van afkeuring geeft of die op enigerlei wijze wanorde veroorzaakt, uit de zaal doen verwijderen.

 

De voorzitter kan bovendien een proces-verbaal opmaken tegen die persoon en dat proces-verbaal bezorgen aan het openbaar ministerie met het oog op eventuele vervolging van de betrokkene.

 

Artikel 23. - Geen enkel raadslid mag meer dan tweemaal het woord nemen over hetzelfde onderwerp, tenzij de voorzitter er anders over beslist.

 

Artikel 24. - Wanneer de vergadering rumoerig wordt, zodat het normale verloop van de bespreking in het gedrang wordt gebracht, kondigt de voorzitter aan dat hij, bij voortzetting van het rumoer, de vergadering zal schorsen of sluiten.

 

Indien de wanorde toch aanhoudt, schorst of sluit hij de vergadering. De leden van de raad moeten dan onmiddellijk de zaal verlaten.

 

Van deze schorsing of sluiting wordt melding gemaakt in de notulen.

 

Op vraag van een gemeenteraadslid of van een fractie of op initiatief van de voorzitter van de gemeenteraad kan de vergadering worden geschorst. De voorzitter bepaalt de duur van de schorsing.

 

Artikel 25. - Nadat de leden voldoende aan het woord zijn geweest en indien de voorzitter van de gemeenteraad oordeelt dat het agendapunt voldoende werd besproken, sluit de voorzitter de bespreking.

 

 

WIJZE VAN STEMMEN

 

Artikel 26. - § 1. - Voor elke stemming omschrijft de voorzitter het voorwerp van de bespreking waarover de vergadering zich moet uitspreken.

 

§ 2. - De beslissingen worden bij volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen genomen. De volstrekte meerderheid is gelijk aan meer dan de helft van de stemmen, onthoudingen, blanco en ongeldige stemmen niet meegerekend. Bij staking van stemmen is het voorstel verworpen.

 

Artikel 27. – De gemeenteraad stemt over het eigen deel van elk beleidsrapport.

 

Nadat zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn elk hun deel van het beleidsrapport hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport goed zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn. De gemeenteraad kan het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn niet goedkeuren als dat de financiële belangen van de gemeente bedreigt. In dat geval vervalt de eventuele vaststelling van het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de gemeenteraad.

 

De gemeenteraad stemt telkens over het geheel van het eigen deel van het beleidsrapport.

 

In afwijking daarvan kan elk gemeenteraadslid de afzonderlijke stemming eisen over een of meer onderdelen die hij aanwijst in het gemeentelijk deel van het beleidsrapport. In dat geval mag de gemeenteraad pas over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport stemmen na de afzonderlijke stemming.

 

Als deze afzonderlijke stemming tot gevolg heeft dat het ontwerp van het beleidsrapport moet worden gewijzigd, wordt de stemming over het geheel verdaagd tot de volgende vergadering van de gemeenteraad. Als de raad voor maatschappelijk welzijn voordien zijn deel van het beleidsrapport al had vastgesteld, vervalt die vaststelling en stelt de raad voor maatschappelijk welzijn het gewijzigde beleidsrapport vast op een volgende vergadering.

 

Artikel 28. - § 1. - De leden van de gemeenteraad stemmen niet geheim, behalve in de gevallen bedoeld in § 4.

 

§ 2. - Er zijn drie mogelijke werkwijzen van stemmen :

1° de elektronisch uitgebrachte naamstemming;

2° de mondelinge stemming (wanneer de elektronisch uitgebrachte stemming niet mogelijk is);

3° de geheime stemming.

 

§ 3. - De gemeenteraadsleden stemmen elektronisch behalve als een derde van de aanwezige leden de mondelinge stemming vraagt.

 

§ 4. - Over de volgende aangelegenheden wordt geheim gestemd:

1° de vervallenverklaring van het mandaat van gemeenteraadslid en van schepen;

2° het aanwijzen van de leden en het beëindigen van deze aanwijzing van de gemeentelijke bestuursorganen en van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen;

3° individuele personeelszaken.

 

Artikel 29. – De elektronisch uitgebrachte naamstemming gebeurt als volgt. Nadat de voorzitter het voorwerp van de stemming heeft omschreven zoals bepaald in artikel 26 §1, drukt het gemeenteraadslid op de knop naar keuze (ja, neen, onthouding) van de stemapparatuur. De stem wordt geregistreerd en het resultaat van de elektronische naamstemming wordt voor het publiek en de raadsleden zichtbaar getoond.

 

Artikel 30. § 1. – De mondelinge stemming geschiedt door elk raadslid ‘ja’, ‘neen’ of ‘onthouding’ te laten uitspreken in de volgorde volgens plaats in de vergaderzaal.

 

§ 2. - De voorzitter stemt als laatste, behalve bij geheime stemming.

Wanneer er na de stem van de voorzitter evenveel stemmen voor als tegen het voorstel zijn, dan is er staking van stemmen en is het voorstel verworpen.

 

Artikel 31. - Voor een geheime stemming wordt eveneens gebruik gemaakt van de stemapparatuur. Deze apparatuur laat de geheime stemming toe. Het raadslid doet zijn stemkeuze via de stemapparatuur. De stemkeuze per raadslid wordt niet geregistreerd en zichtbaar gemaakt. Enkel het totaal aantal stemmen ‘ja’, ‘neen’ en ‘onthouding’ wordt geregistreerd en zichtbaar gemaakt.

 

Indien om praktische of technische redenen de geheime stemming met de stemapparatuur niet mogelijk is, worden vooraf gemaakte stembriefjes gebruikt en wordt éénvormig schrijfgerief ter beschikking gesteld. De raadsleden stemmen ‘ja’, ‘neen’ of ‘onthouding’. Voor deze stemming en de stemopneming is het bureau samengesteld uit de voorzitter en de twee jongste raadsleden. Ieder raadslid is gemachtigd de regelmatigheid van de stemopnemingen na te gaan.

 

Vooraleer tot de stemopneming over te gaan, wordt het aantal stembriefjes geteld. Stemt dit aantal niet overeen met het aantal raadsleden dat aan de stemming heeft deelgenomen, dan worden de stembriefjes vernietigd en wordt elk raadslid uitgenodigd opnieuw te stemmen.

 

Artikel 32. – Voor elke benoeming tot ambten, elke contractuele aanstelling, elke verkiezing en elke voordracht van kandidaten wordt tot een afzonderlijke stemming overgegaan. Als bij de benoeming, de contractuele aanstelling, de verkiezing of de voordracht van kandidaten de vereiste meerderheid niet wordt verkregen bij de eerste stemming, wordt opnieuw gestemd over de twee kandidaten die de meeste stemmen hebben behaald.

 

Als bij de eerste stemming sommige kandidaten een gelijk aantal stemmen behaald hebben, dan wordt de jongste kandidaat tot de herstemming toegelaten. Personen worden benoemd, aangesteld, verkozen of voorgedragen bij volstrekte meerderheid van stemmen. Bij staking van stemmen heeft de jongste kandidaat de voorkeur.

 

 

NOTULEN, ZITTINGSVERSLAG EN ONDERTEKENING

 

Artikel 33. - § 1. - De notulen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat gegeven werd aan die punten waarover de gemeenteraad geen beslissing heeft genomen.

 

Zij maken eveneens duidelijk melding van alle beslissingen. Behalve bij geheime stemming of bij unanimiteit, vermelden de notulen voor elk raadslid of hij voor of tegen het voorstel heeft gestemd of zich heeft onthouden.

 

De mondelinge vragen worden in de notulen opgenomen door vermelding van de naam en hoedanigheid van de vraagsteller, de naam en hoedanigheid van diegene aan wie de vraag wordt gesteld en het onderwerp van de vraag.

Loutere mededelingen die geen vraagstelling over beleidsaangelegenheden bevatten worden niet in de notulen opgenomen

 

§ 2. – De gemeenteraad beslist om het zittingsverslag, zoals vermeld in artikel 278 van het decreet over het lokaal bestuur, te vervangen door een audio-opname van de openbare zitting van de gemeenteraad. Deze audio-opname is een volledige weergave van de vergadering en bevat, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de toelichtingen en tussenkomsten, eventuele rechtvaardigingen van het stemgedrag en de mondeling gestelde vragen en antwoorden.

 

§ 3. – Als de gemeenteraad een aangelegenheid overeenkomstig artikel 4 §2 en artikel 6 van dit reglement in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen zittingsverslag opgesteld.

 

Artikel 34. - § 1. - De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de gemeenteraad worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld overeenkomstig de bepalingen van het decreet over het lokaal bestuur.

 

§ 2. - De notulen en de audio-opname van de vorige vergadering zijn, behalve in spoedeisende gevallen, ten minste acht dagen voor de vergadering ter beschikking van de raadsleden. De notulen zijn beschikbaar via het elektronisch systeem voor vergaderbeheer. De integrale audio-opname is beschikbaar via de webstek van de gemeente.

 

§ 3. - Elk gemeenteraadslid heeft het recht tijdens de vergadering van de gemeenteraad opmerkingen te maken over de redactie van de notulen van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen in die zin aangepast.

 

Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen van de vorige vergadering, worden de notulen als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur. In het geval de gemeenteraad bij spoedeisendheid werd samengeroepen, kan de gemeenteraad beslissen om opmerkingen toe te laten op de eerstvolgende vergadering.

 

§ 4. - Zo dikwijls de gemeenteraad het gewenst acht, worden de notulen geheel of gedeeltelijk staande de vergadering opgemaakt en door de algemeen directeur en de meerderheid van de aanwezige leden ondertekend.

 

Artikel 35. - § 1. – De reglementen, verordeningen, beslissingen, akten van de gemeenteraad en alle andere stukken of briefwisseling die specifiek betrekking hebben op de gemeenteraad worden ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad en medeondertekend door de algemeen directeur.

 

De reglementen, verordeningen, beslissingen en akten van de burgemeester en van het college van burgemeester en schepenen worden ondertekend door de burgemeester en medeondertekend door de algemeen directeur.

 

§ 2. – Onverminderd § 1 wordt de briefwisseling van de gemeente ondertekend door de burgemeester en medeondertekend door de algemeen directeur.

 

§ 3. – Alle andere stukken van de gemeente, die niet bedoeld worden in de voorgaande paragrafen, worden ondertekend door de burgemeester en medeondertekend door de algemeen directeur, tenzij de wetgever de bevoegdheid tot ondertekening expliciet enkel aan de burgemeester heeft toegewezen.

 

 

FRACTIES

 

Artikel 36.- Het gemeenteraadslid of de gemeenteraadsleden die op eenzelfde lijst verkozen zijn, vormen één fractie. Een onderlinge vereniging tot één fractie of de vorming van twee fracties is mogelijk, uiterlijk op de installatievergadering, in de gevallen en op de wijze vastgelegd in artikel 36 § 2 van het decreet over het lokaal bestuur.

 

 

RAADSCOMMISSIES

 

Artikel 37. - § 1. - De gemeenteraad richt vier commissies op die zijn samengesteld uit gemeenteraadsleden. De commissies hebben als taak het voorbereiden van de besprekingen in de gemeenteraadszittingen, het verlenen van advies en het formuleren van voorstellen over de wijze waarop vorm wordt gegeven aan de inspraak van de bevolking telkens als dat voor de beleidsvoering wenselijk wordt geacht. De commissies kunnen steeds deskundigen en belanghebbenden horen.

 

§2. - De bevoegdheden van deze commissies worden als volgt bepaald :

1° Commissie Openbare Werken - Mobiliteit

2° Commissie Ruimtelijke ordening – Wonen

3° Commissie Cultuur – Jeugd – Sport – Onderwijs - Financiën

4° Commissie Welzijn – Milieu - Ondernemen

 

In bijzondere omstandigheden kan het aangewezen zijn dat het college van burgemeester en schepenen beslist om een gezamenlijke commissie te houden met alle raadsleden. Deze gezamenlijke commissie wordt voorgezeten door de voorzitter van de gemeenteraad.

 

Artikel 38. - § 1. – De gemeenteraad bepaalt per gemeenteraadscommissie het aantal leden. De mandaten in iedere commissie worden door de gemeenteraad evenredig verdeeld volgens eenzelfde berekeningswijze die de gemeenteraad vastlegt voor alle commissies.

 

De evenredigheid vereist in ieder geval dat de som van het aantal mandaten dat toekomt aan de fracties waarvan leden deel uitmaken van het college van burgemeester en schepenen steeds hoger is dan de som van het aantal mandaten dat toekomt aan de andere fracties. Elke fractie wijst de mandaten toe, die haar overeenkomstig deze berekeningswijze toekomen, door middel van een voordracht, gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad. Als de voorzitter van de gemeenteraad voordrachten ontvangt voor meer kandidaten dan er mandaten te begeven zijn voor een fractie, dan worden de mandaten toegewezen volgens de volgorde van voorkomen op de akte van voordracht.

 

§ 2. - Tot de eerstvolgende volledige vernieuwing van de gemeenteraad wordt een fractie geacht eenzelfde aantal leden in de commissies te behouden. Indien één of meerdere leden verklaren niet meer te behoren tot de fractie kan dit lid niet meer zetelen, noch als lid van deze fractie, noch als lid van een andere fractie. Niettemin behouden deze fracties het oorspronkelijk aantal leden in de commissie.

 

§ 3. - Om ontvankelijk te zijn moet de akte van voordracht voor elk van de kandidaat-commissieleden ten minste ondertekend zijn door een meerderheid van de leden van de fractie waarvan het kandidaat-commissielid deel van uitmaakt. Indien de fractie van het kandidaat-commissielid slechts uit twee verkozenen bestaat, volstaat de handtekening van een van hen. Niemand kan meer dan een akte ondertekenen per beschikbaar mandaat voor de fractie.

 

§ 4. - Als ten gevolge van de toepassing van de evenredige vertegenwoordiging overeenkomstig het eerste lid een fractie niet vertegenwoordigd is in een commissie, kan de fractie een raadslid aanwijzen dat als lid met raadgevende stem in de commissie zetelt.

 

Artikel 39. - Elke commissie wordt voorgezeten door een gemeenteraadslid. De leden van het college van burgemeester en schepenen kunnen geen voorzitter zijn van een commissie. De voorzitter wordt aangewezen door de gemeenteraad.

 

Artikel 40. - De commissies worden door hun voorzitter in samenspraak met het college van burgemeester en schepenen bijeengeroepen. De oproeping vermeldt de agenda en wordt via e-mail naar alle raadsleden gestuurd. Deze informatie wordt eveneens bekendgemaakt aan het publiek door publicatie op de webstek van de gemeente.

 

De commissies kunnen geldig vergaderen ongeacht het aantal aanwezige leden.

 

Elk effectief lid dat in de onmogelijkheid verkeert de commissievergadering bij te wonen, kan zich laten vervangen door een ander gemeenteraadslid van dezelfde fractie. Het afwezige commissielid duidt schriftelijk zijn vervanger aan en dit wordt ten laatste ter zitting aan de voorzitter overhandigd.

 

De vergaderingen van de commissies zijn in principe openbaar. Onder dezelfde voorwaarden als voor de gemeenteraad (zie hierboven artikelen 4 t.e.m. 6), zijn de vergaderingen van de commissies niet openbaar.

 

De leden van de commissies stemmen, zoals in de gemeenteraad, niet geheim. Onder dezelfde voorwaarden als voor de gemeenteraad (zie hierboven artikel 28 §4) is de stemming geheim.

 

De gemeenteraadsleden kunnen, weliswaar zonder stemrecht, de vergaderingen van de commissies, waarvan zij geen deel uitmaken, bijwonen.

 

Het ambt van secretaris van een raadscommissie wordt waargenomen door een door de algemeen directeur aangewezen personeelslid of door de algemeen directeur zelf. De secretaris stelt een agenda en een verslag op dat via het elektronisch systeem voor vergaderbeheer aan de raadsleden wordt bezorgd.

 

 

VERGOEDINGEN GEMEENTERAADSLEDEN

 

Artikel 41. - Aan de gemeenteraadsleden, met uitzondering van de burgemeester en de schepenen, wordt presentiegeld verleend voor volgende vergaderingen waarop zij aanwezig zijn:

1° de vergaderingen van de gemeenteraad;

2° de vergaderingen van de gemeenteraadscommissies waarop zij als lid van de commissie aanwezig zijn (inclusief de leden met raadgevende stem die zijn aangewezen overeenkomstig artikel 37 §3 vierde lid van het decreet over het lokaal bestuur)

3° de vergadering waarvoor men in principe recht op presentiegeld heeft, maar waarvoor het aanwezigheidsquorum niet werd bereikt;

4° de vergaderingen die slechts gedeeltelijk worden bijgewoond. Voor vergaderingen die voor minder dan de helft van de tijd worden bijgewoond, wordt slechts de helft van het presentiegeld verleend.

5° de vergaderingen die hervat worden na een schorsing van minstens 12 uren.

 

Artikel 42. - Het presentiegeld bedraagt:

1° voor de vergaderingen van de gemeenteraad: 124,98 euro. Dit bedrag wordt geïndexeerd overeenkomstig artikel 18 van het besluit van de Vlaamse regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris.

 

De voorzitter van de gemeenteraad ontvangt een dubbel presentiegeld voor de vergaderingen van de gemeenteraad die hij voorzit.

 

2° voor de vergaderingen van de gemeenteraadscommissies waarvan men effectief lid is: 89,27 euro. Dit bedrag wordt geindexeerd overeenkomstig artikel 18 van het besluit van de Vlaamse regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris

 

De voorzitters van de gemeenteraadscommissies ontvangen voor de vergaderingen die zij voorzitten:

124,98 euro. Dit bedrag wordt geïndexeerd overeenkomstig artikel 18 van het besluit van de Vlaamse regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris.

 

3° voor de vergaderingen van de raad van bestuur en het directiecomité van het autonoom gemeentebedrijf : 89,27 euro. Dit bedrag wordt geindexeerd overeenkomstig artikel 18 van het besluit van de Vlaamse regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris

 

Artikel 43. - § 1. – Conform de dienstverlening, zoals bepaald in dit reglement, hebben de gemeenteraadsleden inzagerecht in gemeentelijke bestuursdocumenten en kunnen ze hiervan kopie bekomen. De gemeenteraadsleden kunnen hiervoor gebruik maken van een ruimte in het administratief centrum. Alle raadsleden krijgen toegang tot het elektronisch vergaderbeheersysteem.

 

§ 2. - (opgeheven).

 

§ 3. – Gemeenteraadsleden kunnen de kosten van studiedagen of vormingscursussen, ingericht door overheidsinstanties, onderwijsinstellingen of de Vereniging voor Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG), terugvorderen van het gemeentebestuur, voor zover deze studiedagen of vormingscursussen relevant zijn voor de uitoefening van hun mandaat.

 

De kostprijs van deze vorming mag niet buitensporig zijn en moet vergelijkbaar zijn met deze van vormingsinitiatieven voor het gemeentepersoneel. Ze betreffen enkel studiedagen en vormingscursussen in het binnenland. Er worden geen kosten vergoed voor het behalen van bijkomende diploma’s.

 

De relevantie en de kostprijs van de vorming worden op voorhand beoordeeld door de algemeen directeur in overleg met de vormingsambtenaar.

 

Jaarlijks wordt een overzicht gemaakt van de terugbetaling van de kosten van de mandatarissen. Dat document is openbaar.

 

§ 4. – De gemeente sluit een verzekering af om de burgerlijke aansprakelijkheid, met inbegrip van de rechtsbijstand, te dekken die bij de normale uitoefening van hun mandaat persoonlijk ten laste komt van de gemeenteraadsleden. De gemeente sluit daarnaast ook een verzekering af voor ongevallen die de gemeenteraadsleden overkomen in het kader van de normale uitoefening van hun ambt.

 

 

VERZOEKSCHRIFTEN AAN DE ORGANEN VAN DE GEMEENTE

 

Artikel 44. – §1. - Iedere burger heeft het recht verzoekschriften, door een of meer personen ondertekend, schriftelijk bij de organen van de gemeente in te dienen. Een verzoek is een vraag om iets te doen of te laten. Uit de tekst van het verzoekschrift moet de vraag duidelijk zijn.

 

§2. - De verzoekschriften worden aan het orgaan van de gemeente gericht tot wiens bevoegdheid de inhoud van het verzoek behoort. Komt een verzoekschrift niet bij het juiste orgaan aan, dan bezorgt dit orgaan het verzoek aan de juiste bestemmeling.

 

§3. - Verzoekschriften die een onderwerp betreffen dat niet tot de bevoegdheid van de gemeente behoort, zijn onontvankelijk.

 

Een schriftelijke vraag wordt niet als verzoekschrift beschouwd als:

1° de vraag onredelijk is of te vaag geformuleerd;

2° het louter een mening is en geen concreet verzoek;

3° de vraag anoniem, d.w.z. zonder vermelding van naam, voornaam en adres, werd ingediend;

4° het taalgebruik ervan beledigend is.

 

Het orgaan of de voorzitter van het orgaan doet deze beoordeling. Hij kan de indiener om een nieuw geformuleerd verzoekschrift vragen dat wel aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden voldoet zodat het wel geagendeerd kan worden op de gemeenteraad.

 

Artikel 45. - §1. – Is het een verzoekschrift voor de gemeenteraad, dan plaatst de voorzitter van de gemeenteraad het verzoekschrift op de agenda van de eerstvolgende gemeenteraad indien het verzoekschrift minstens 14 dagen vóór de vergadering werd ontvangen. Wordt het verzoekschrift later ingediend, dan komt het op de agenda van de volgende vergadering.

 

§ 2. - De gemeenteraad kan de bij hem ingediende verzoekschriften naar het college van burgemeester en schepenen of naar een gemeenteraadscommissie verwijzen met het verzoek om over de inhoud ervan uitleg te verstrekken.

 

§ 3. - De verzoeker of, indien het verzoekschrift door meer personen ondertekend is, de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift, kan worden gehoord door het betrokken orgaan van de gemeente. In dat geval heeft de verzoeker of de eerste ondertekenaar van een verzoekschrift het recht zich te laten bijstaan door een persoon naar keuze.

 

§4. – Het betrokken orgaan van de gemeente verstrekt, binnen drie maanden na de indiening van het verzoekschrift, een gemotiveerd antwoord aan de verzoeker of, indien het verzoekschrift door meer personen ondertekend is, aan de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift.

 

 

VOORSTELLEN VAN INWONERS

 

Artikel 46.- De inwoners hebben het recht te verzoeken om de door hen in een gemotiveerde nota nader omschreven voorstellen en vragen over de gemeentelijke beleidsvoering en dienstverlening, op de agenda van de gemeenteraad in te schrijven en om deze agendapunten te komen toelichten in de gemeenteraad. Ze voegen bij die nota eventueel alle nuttige stukken die de gemeenteraad kunnen voorlichten.

Dat verzoek moet worden gesteund door ten minste 300 inwoners ouder dan 16 jaar.

 

 

VRAGENHALFUURTJE VOOR DE INWONERS VAN DE GEMEENTE

 

Artikel 47

§ 1. - Doel.

De gemeenteraad organiseert een vragenhalfuurtje voor de inwoners van de gemeente.

§ 2. - Tijdstip.

Dit vragenhalfuurtje vindt plaats voorafgaand aan de openbare zitting van de gemeenteraad.

Indien niet alle vragen behandeld zijn binnen het halfuur worden de resterende vragen bij voorrang behandeld in het vragenhalfuurtje tijdens de volgende gemeenteraadszitting, op voorwaarde dat de betrokken vraagsteller(s) aanwezig is (zijn).

§ 3. - Vraagsteller.

De vraagsteller dient op de datum van de raadszitting ingeschreven te zijn in de bevolkingsregisters van de gemeente. Hij dient persoonlijk aanwezig te zijn op het vragenhalfuurtje.

§ 4. - Procedure.

De duidelijk en zo bondig mogelijk geformuleerde vragen dienen schriftelijk te worden bezorgd aan de algemeen directeur, uiterlijk zeven werkdagen (d.i. elke weekdag behalve de zaterdag, zondag en feestdag) vóór de gemeenteraadszitting.

De vraagsteller vermeldt zijn identiteit en adres en duidt het raadslid aan, aan wie de vraag gericht is.

Per zitting kan elke inwoner maximum twee vragen indienen.

De vraagsteller kan ten allen tijde zijn vraag intrekken, in welk geval de vraag zonder verder gevolg wordt geklasseerd.

§ 5. - Bekendmaking.

Elk raadslid aan wie een vraag gesteld wordt, wordt door toedoen van de algemeen directeur uiterlijk vijf werkdagen voorafgaand aan de dag van de gemeenteraadszitting op de hoogte gebracht van de aan haar/hem gestelde vraag of vragen.

§ 6. - Inhoud van de vraag.

De vragen mogen enkel betrekking hebben op materies die tot de gemeentelijke bevoegdheid behoren.

Tevens mogen de vragen geen persoonlijke aanvallen of beledigingen inhouden, niet over louter statistische gegevens handelen en geen persoonsgebonden materies (die overigens steeds in geheime zitting behandeld worden) aanraken.

De vragen mogen geen betrekking hebben op de agendapunten van de raadszitting die op het vragenhalfuurtje volgt.

§ 7. - Ontvankelijkheid van de vraag.

De voorzitter oordeelt over de ontvankelijkheid van de vraag. Wordt een vraag onontvankelijk verklaard, dan stelt de algemeen directeur of zijn afgevaardigde de indiener daarvan binnen de vijf werkdagen op de hoogte met vermelding van de reden van onontvankelijkheid.

Onontvankelijk verklaarde vragen worden geregistreerd.

Inzagerecht moet toelaten om een overzicht te krijgen van alle gestelde vragen.

§ 8. - Vraagstelling.

De vragen worden chronologisch behandeld, volgens het tijdstip van de indiening. De voorzitter verleent daartoe het woord aan de respectievelijke vraagsteller(s). Indien dezelfde vraag werd ingediend, wordt het woord verleend aan de eerste indiener.

De vraagsteller geeft voorlezing van zijn ingediende vraag, eventueel met een beperkte verduidelijking die uiteraard moet voldoen aan de bepalingen van § 6. De spreektijd per vraag wordt in elk geval beperkt tot 5 minuten – dit is drie minuten voor de vraagstelling en twee minuten voor het antwoord. Na de vraag wordt het woord verleend aan het aangeduide raadslid. Vragen met betrekking tot hetzelfde thema of dossier kunnen worden gebundeld, waarbij de voorziene tijd wordt gerespecteerd.

§ 9. - Antwoord.

Het ondervraagde raadslid kan de hem/haar gestelde vraag zelf beantwoorden of het antwoord laten geven door een ander door hem/haar aangeduid raadslid. Het antwoord zal kort en bondig zijn.

Hij/zij heeft tevens het recht het antwoord in beraad te houden teneinde informatie in te winnen of overleg te plegen omtrent de gestelde vraag.

In dit geval zal de vraag schriftelijk beantwoord worden door het raadslid, via de algemeen directeur, binnen de 30 dagen na de zitting. Dit zal eveneens gebeuren indien het ondervraagde raadslid niet aanwezig is op het vragenhalfuurtje. Van dit schriftelijk antwoord wordt beknopt mededeling gegeven in het vragenhalfuurtje dat voorafgaat aan de volgende gemeenteraadszitting.

De vragen of antwoorden kunnen geen aanleiding geven tot discussie, debat of stemming. Andere raadsleden kunnen niet tussenkomen.

 

Publicatiedatum: 01/12/2021
Overzicht punten

Openbare zitting van 26 oktober 2021

 

Budget 2022 - Kerkfabrieken Sint-Pieter (Rotselaar), O.L.V. van Altijddurende Bijstand (Heikant), Sint Jan-Baptist (Werchter) en Sint-Martinus (Wezemaal)

 

Voorgeschiedenis

          Het Centraal Kerkbestuur van Rotselaar diende op 9 september 2021 het budget 2022 in, betreffende de kerkfabrieken Sint-Pieter (Rotselaar), OLV van Altijddurende Bijstand (Rotselaar-Heikant), Sint Jan-Baptist (Werchter) en Sint-Martinus (Wezemaal).

 

Feiten en context

          De gemeente Rotselaar heeft een aantal kerken op haar grondgebied (Rotselaar, Heikant, Werchter, Wezemaal) waar ze eventuele tekorten van exploitatie/investeringen moet bijpassen. Daarnaast draagt ze ook bij in de Kerkfabriek Heilige Damiaan vaan Molokai te Tremelo-Ninde (21,42%) en de Evangelische Kerk Leuven (4%).

 

Juridische gronden

          Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.

          Artikels 46-50 van het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, gewijzigd bij het decreet van 6 juli 2012.

De kerkfabrieken dienen een meerjarenplan op te maken dat de financiële afspraken tussen de gemeente en de kerkfabriek vastlegt voor een periode van zes jaar.

De meerjarenplannen en de wijzigingen zijn onderworpen aan het advies van het erkend representatief orgaan en aan de goedkeuring van de gemeenteraad.

De kerkraad stelt jaarlijks op basis van het meerjarenplan het budget van de kerkfabriek voor het volgende boekjaar vast en dient het voor 30 juni in bij het centraal kerkbestuur.

De budgetten worden na het advies van het erkend representatief orgaan jaarlijks voor 1 oktober  bij de gemeente ingediend door het centraal kerkbestuur waaronder de kerkfabrieken ressorteren.

 

Argumentatie

          De decretale bepalingen betreffende de kerkbesturen bepalen dat de gemeenteraad zich moet uitspreken bij het meerjarenplan van een kerkbestuur alsook bij de wijzigingen daarvan.

          Het budget 2022 bevat enerzijds een overzicht van de exploitatie- en investeringsbudgetten en anderzijds de exploitatie- en investeringstoelagen die de gemeente zal moeten bijpassen tijdens het komende jaar.

 

exploitatietoelage

2022 MJP

2022 budget

Sint-Pieter (Rotselaar)

0

0

O.L.V. van Altijddurende Bijstand (Heikant)

16.684

15.297,12

Sint Jan-Baptist (Werchter)

2.405

0

Sint-Martinus (Wezemaal)

0

0

 

investeringstoelage

2022 MJP

2022 budget

Sint-Pieter (Rotselaar)

0

0 *

O.L.V. van Altijddurende Bijstand (Heikant)

46.000

81.000 **

Sint Jan-Baptist (Werchter)

0

0

Sint-Martinus (Wezemaal)

0

0 ***

* er werd een investeringstoelage van 2.000 euro gevraagd maar na controle bleek dit een fout te zijn, en werd dit bedrag geschrapt.

** de investeringstoelage uit 2020 (49.380,42 euro) werd reeds overgedragen naar 2021. Van dat bedrag is nog maar 35.000 euro nodig in 2022. Samen met de reeds gevraagde 46.000 euro, geeft dit 81.000 euro.

*** de investeringstoelage uit 2020 (10.000 euro) werd reeds overgedragen naar 2021. In 2021 was er een investeringstoelage van 40.000 euro voorzien. Uiteindelijk blijken deze bedragen niet meer nodig en worden die dus geschrapt. De aanvraag van 10.000 euro voor 2022 bleek na controle een dubbeltelling te zijn en werd bijgevolg ook geschrapt.

 

          Uit het meerjarenplan wordt jaarlijks het budget afgeleid en aan de gemeenteraad voorgelegd in een aparte beslissing. De gemeenteraad moet het budget aan het meerjarenplan goedkeuren of aanpassen aan de gemaakte afspraken. Het gemeentebestuur kan de tekorten bijpassen van de exploitatie van de kerkfabrieken en bijdragen in de investeringen in de gebouwen van de eredienst.

 

Advies

          Het representatief orgaan (Aartsbisdom Mechelen-Brussel) gaf op 16 september 2021 gunstig advies aan het budget 2022 van de kerkfabrieken Sint-Pieter (Rotselaar), OLV van Altijddurende Bijstand (Rotselaar-Heikant), Sint Jan-Baptist (Werchter) en Sint-Martinus (Wezemaal)

 

Bijlagen

          Budget 2022 van de vier kerkfabrieken

          Meerjarenplan 2020-2025 Centraal Kerkbestuur Rotselaar (goedkeuring GR 21/04/2020)

 

Besluit

 

Na beraadslaging,

16 stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Carine Goris, Patrick Vervoort, Piet De Bruyn, Nele Demuynck, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Frans Vansteenbeeck, Ilse Michiels, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Bart De Vos, Stella Beckx en Gert Heylen

7 onthoudingen: Jeroen Janssens, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Maarten Mommaerts, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils en Farida Tierens

Artikel 1:

De gemeenteraad keurt het budget 2022 van de kerkfabrieken Sint-Pieter (Rotselaar), OLV van Altijddurende Bijstand (Rotselaar-Heikant), Sint Jan-Baptist (Werchter) en Sint-Martinus (Wezemaal) goed.

Artikel 2:

Dit besluit wordt overgemaakt aan de kerkfabrieken en de provinciegouverneur.

 

Publicatiedatum: 01/12/2021
Overzicht punten

Openbare zitting van 26 oktober 2021

 

Intergemeentelijke samenwerking - IGO div - buitengewone algemene vergadering van 17 december 2021 - goedkeuring verlenging en statutenwijziging en bepaling mandaat gemeentelijk vertegenwoordiger

 

Voorgeschiedenis

          De brief van de dienstverlenende vereniging Intergemeentelijk Opbouwwerk Arrondissement Leuven (verder: IGO div) van 9 september 2021 met oproeping voor de bijzondere algemene vergadering van 17 december 2021, met bijhorende agenda en documenten.

          Het besluit van de gemeenteraad van 26 februari 2019

Mia Van Cleynenbreugel wordt aangeduid als vertegenwoordiger van de gemeente Rotselaar in de algemene vergaderingen van IGO div voor de legislatuur van 2019-2024.

 

Feiten en context

          De gemeente Rotselaar is aangesloten bij de dienstverlenende vereniging IGO.

          Op 17 december 2021 houdt IGO een bijzondere algemene vergadering met volgende agendapunten:

1. Goedkeuring verlenging IGO div

2. Goedkeuring toetreding nieuwe leden

 Gemeente Overijse

 OCMW Overijse

 Gemeente Hoeilaart

 OCMW Hoeilaart

3. Goedkeuring statutenwijziging.

 

Juridische gronden

          Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en de bijhorende besluiten en omzendbrieven van de Vlaamse regering.

          De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van bestuurshandelingen.

          De wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur.

          Het bestuursdecreet van 7 december 2018.

          De gecoördineerde statuten van IGO div.

 

Argumentatie

          De termijn waarvoor IGO div werd opgericht, loopt af op 9 maart 2022. Aan de bijzondere algemene vergadering van 17 december 2021 wordt daarom gevraagd om de bestaansduur van IGO div te verlengen voor een nieuwe periode van 18 jaar vanaf 10 maart 2022.

          Door de creatie van de referentieregio’s voor intergemeentelijke samenwerking, werden Overijse en Hoeilaart toegevoegd aan de regio waarin IGO div actief. De lokale besturen van Overijse en Hoeilaart (zowel gemeente als OCMW) verzochten middels raadsbeslissingen officieel tot toetreding bij IGO div. De raad van bestuur van IGO div gaf groen licht om de vraag voor te leggen aan de vennoten. De raad van bestuur van IGO div stelt voor om de kandidaat-vennoten toe te laten tot IGO div en hen het gewoonlijke aantal aandelen te geven (3 aandelen per gemeente, 1 aandeel per OCMW).

          IGO div wil tijdens de bijzondere algemene vergadering ook een statutenwijziging doorvoeren om de verlenging te verankeren in de statuten, de deelname van de nieuwe vennoten te regelen en enkele bepalingen te actualiseren. 

          IGO div heeft bij de uitnodiging van de bijzondere algemene vergadering een verlengingsdossier gevoegd dat terugblikt op de werking van IGO div in de afgelopen periode én vooruitblikt op de werking na de verlenging. Tevens is het actuele strategisch plan en de realisatie daarvan toegevoegd. De colleges van burgemeester en schepenen van de vennoten kregen in de periode april – juni 2021 een mondelinge toelichting van het managementteam van IGO div. Alle raadsleden van de vennoten van IGO div waren ook in de mogelijkheid om een digitale infosessie te volgen op 24 september 2021.

          Inzake de toetreding van de nieuwe leden, werden de respectievelijke raadsbeslissingen en een korte toelichting over de toetreding gevoegd.

          Inzake de statutenwijziging werd een ontwerp van de nieuwe statuten bezorgd alsook een toelichting van de wijzigingen.

          De gemeenteraad was dus in staat om de agendapunten van de bijzondere algemene vergadering van IGO div op 17 december 2021 te bespreken en hiernavolgend standpunt in te nemen.

 

Besluit

 

Na beraadslaging,

23 stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Carine Goris, Patrick Vervoort, Piet De Bruyn, Nele Demuynck, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Maarten Mommaerts, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Bart De Vos, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Gert Heylen

 

Artikel 1

De gemeenteraad van Rotselaar gaat expliciet akkoord gaat met de verlenging van IGO div voor 18 jaar vanaf 10 maart 2022 én met de verdere deelname van de gemeente Rotselaar aan IGO div.

Artikel 2

De gemeenteraad van Rotselaar gaat akkoord dat de gemeente Overijse, het OCMW Overijse, de gemeente Hoeilaart en het OCMW Hoeilaart toetreden tot IGO div. Zij krijgen allen het gewoonlijke aantal aandelen (3 aandelen per gemeente, 1 aandeel per OCMW) in bezit.

Artikel 3

De gemeenteraad van Rotselaar gaat akkoord met de voorgestelde statutenwijziging zodat de verlenging statutair verankerd wordt, de deelname van de nieuwe vennoten geregeld wordt en enkele bepalingen geactualiseerd worden.

Artikel 4

De gemeentelijk vertegenwoordiger wordt gemandateerd om alle agendapunten op de agenda van de bijzondere algemene vergadering van 17 december 2021 van IGO div goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 01/12/2021
Overzicht punten

Openbare zitting van 26 oktober 2021

 

Intergemeentelijke samenwerking - EcoWerf - buitengewone algemene vergadering van 15 december 2021 - goedkeuring aandelenherverdeling en voorstel statutenwijziging - bepalen mandaat gemeentelijk vertegenwoordiger

 

Voorgeschiedenis

          De aangetekende brief van het intergemeentelijk samenwerkingsverband EcoWerf van 16 september 2021 met oproeping voor de buitengewone algemene vergadering van 15 december 2021, met bijhorende agenda en documenten.

          Het besluit van de gemeenteraad van 26 maart 2019

Frans Vansteenbeeck en Noëlla D'Hooghe worden respectievelijk aangeduid als vertegenwoordiger en plaatsvervangend vertegenwoordiger van de gemeente Rotselaar in de algemene vergaderingen van EcoWerf voor de legislatuur van 2019-2024.

 

Feiten en context

          De gemeente Rotselaar is aangesloten bij EcoWerf, het intergemeentelijk samenwerkingsverband met rechtspersoonlijkheid, en meer bepaald een opdrachthoudende vereniging zoals bedoeld in artikel 398, §1, 3° van het decreet over lokaal bestuur van 22 december 2017.

          Op 15 december 2021 houdt EcoWerf een buitengewone algemene vergadering met volgende agendapunten:

1)      Samenstelling van het bureau;

2)      Goedkeuring aandelenherverdeling op grond van artikel 8 van de statuten;

3)      Goedkeuring voorstel statutenwijziging;

4)      Diversen.

 

Juridische gronden

          Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, inzonderheid art. 40 en 41 betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.

          Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, inzonderheid art. 427

Uiterlijk negentig kalenderdagen voor de algemene vergadering die de statutenwijziging moet beoordelen wordt een door de raad van bestuur opgesteld ontwerp aan alle deelnemers voorgelegd. De beslissingen ter zake van hun raden die de oorspronkelijke statuten hebben goedgekeurd, bepalen het mandaat van de respectieve vertegenwoordigers op de algemene vergadering en zij worden bij het verslag gevoegd.

          Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, inzonderheid art. 432, alinea 3

De vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering.

          Het wijzigingsdecreet van 14 juli 2021 (Decreet ter versterking van de lokale democratie) van het decreet lokaal bestuur, hetgeen door het Vlaams parlement werd goedgekeurd en bekrachtigd door de Vlaamse regering op 16 juli 2021. De meeste bepalingen hiervan zijn inwerking getreden op 14 augustus 2021.

 

Argumentatie

          Betreffende agendapunt 2: Goedkeuring aandelenherverdeling op grond van artikel 8 van de statuten:

Op grond van het bestaande artikel 8 van de statuten (ingeschreven tijdens de statutenwijziging van 23 juni 2021) zal een herverdeling van de aandelen gebeuren met een nieuwe aandeelhoudersverhouding tot gevolg. De herverdeling is aangewezen om een reële verhouding tussen aantal aandelen en inwonersaantallen te bekomen.

Op de raad van bestuur van 25 november 2020 en 8 september 2021 is beslist om de onderlinge verhouding van de aandelen tussen de bestaande vennoten op basis van een objectieve parameter vast te leggen en dus te herverdelen. Deze herverdeling gebeurt idealiter op het moment dat de definitieve samenstelling van de vennootschap vast ligt, nl. op de (buitengewone) algemene vergadering van 15 december 2021.

 

De berekening van het aantal aandelen van de gemeentevennoten ziet er als volgt uit:

a) Het totaal aantal A-aandelen van EcoWerf gedeeld door het totaal aantal inwoners binnen het werkingsgebied van EcoWerf waarvan het resultaat gelijk is aan het aantal A-aandelen per inwoner binnen het werkingsgebied van EcoWerf;

b) Het inwonersaantal van de toetredende gemeente vermenigvuldigd met het aantal A-aandelen per inwoner binnen het werkingsgebied van EcoWerf, zoals berekend in sub a), hetgeen overeenstemt met het aantal A-aandelen dat zal toekomen aan de toetredende gemeente (en dat afgerond zal worden naar de lagere eenheid);

c) Het aantal A-aandelen dat aan de toetredende gemeente zal toekomen, vermenigvuldigd met de nominale waarde van de aandelen.

 

Op basis van de lijst in bijlage komt er een nieuwe aandelenverhouding tussen de gemeenten tot stand.

De verrekening met de gemeenten gebeurt als volgt: een aantal gemeenten moeten aandelen bijnemen, anderen moeten aandelen afstaan. Voor de gemeenten die extra aandelen verkrijgen, heeft EcoWerf bij de afrekening van boekjaar 2020 dit bedrag reeds ingehouden. Deze gemeenten dienen dus geen extra middelen hiervoor te voorzien. Voor gemeenten die aandelen moeten afstaan, zal EcoWerf de waarde terugstorten na de algemene vergadering van 15 december 2021.

          Betreffende agendapunt 3: Goedkeuring voorstel statutenwijziging

          Toetreding van de stad Aarschot tot EcoWerf

Het gewijzigde artikel 19.1 en het register van de deelnemers dat als bijlage aan de statuten is gevoegd faciliteren de toetreding van Aarschot tot EcoWerf.

De onderstaande aanpassingen in het kader van de toetreding zullen enkel ter goedkeuring worden voorgelegd aan de algemene vergadering indien de stad Aarschot de beslissing tot toetreding tijdig aan EcoWerf overmaakt (opschortende voorwaarde).

          Clustervorming en vertegenwoordiging

Als vennoot zal Aarschot deelnemen aan het bestuur van de intergemeentelijke samenwerking. Gelet op het decreet over het lokale bestuur is de raad van bestuur beperkt tot 15 leden. De gemeenten werden hiervoor opgedeeld in clusters. Aarschot wordt toegewezen aan de cluster Tielt-Winge/Bekkevoort en zal bijgevolg voorzitter Rudi Beeken als bestuurder in de raad van bestuur aanduiden.

          Aandelen en kapitaal (register der deelnemers)

Het aantal aandelen bij een toetreding van een nieuwe gemeentevennoot wordt conform de statuten van EcoWerf als volgt berekend:

- Het totaal aantal A-aandelen van EcoWerf gedeeld door het totaal aantal inwoners binnen het werkingsgebied van EcoWerf waarvan het resultaat gelijk is aan het aantal A-aandelen per inwoner binnen het werkingsgebied van EcoWerf;

- Het inwonersaantal van de toetredende gemeente vermenigvuldigd met het aantal A-aandelen per inwoner binnen het werkingsgebied van EcoWerf, zoals berekend in sub a), hetgeen overeenstemt met het aantal A-aandelen dat zal toekomen aan de toetredende gemeente (en dat afgerond zal worden naar de lagere eenheid);

- Het aantal A-aandelen dat aan de toetredende gemeente zal toekomen, vermenigvuldigd met de nominale waarde van de aandelen, vormt het totaal in te brengen kapitaal.

Voor de waardering van de aandelen is de nominale waarde vastgelegd op 10,84 euro (cfr. art. 6 statuten).

Het aantal aandelen van de stad Aarschot zal conform bovenstaande vastgelegd worden.

          Aandelenherverdeling (register der deelnemers)

Op grond van het bestaande artikel 8 van de statuten zal een herverdeling van de aandelen gebeuren met een nieuwe aandeelhoudersverhouding tot gevolg.

Op de raad van bestuur van 25 november 2020 en gelet op vorig agendapunt is beslist om de onderlinge verhouding van de aandelen tussen de bestaande vennoten, en eventuele herverdeling, vast te leggen. Deze herverdeling gebeurt idealiter op het moment dat de definitieve samenstelling van de vennootschap vast ligt, nl. op de algemene vergadering van 15 december 2021. De herverdeling is aangewezen om een reële verhouding tussen aantal aandelen en inwonersaantallen te bekomen.

De toevoeging van Aarschot aan het register zal enkel ter goedkeuring worden voorgelegd aan de algemene vergadering indien Aarschot de beslissing tot toetreding tijdig aan EcoWerf overmaakt (opschortende voorwaarde).

          Conformering wijzigingsdecreet/decreet lokaal bestuur

          Voortijdige uittreding tijdens de duur van de vereniging

In het decreet lokaal bestuur is de mogelijkheid tot een voortijdige uittrede ingeschreven, alsook de voorwaarden waaraan die uittrede moet voldoen. Het gewijzigde artikel 18 van de statuten faciliteert deze wijziging. Het decreet lokaal bestuur voorziet de uittreding indien dit kadert in functie van de regiovorming en in functie van een fusieoperatie.

Gelet op de evolutie op het vlak van de herindeling van het bestuurlijke landschap door de vorming van regio’s moet het voor een gemeente mogelijk zijn om in overeenstemming met deze herindelingen uit te treden uit een dienstverlenende of een opdrachthoudende vereniging, op voorwaarde dat de deelgenoten daar met een drievierdemeerderheid mee instemmen en er een eventuele schadevergoeding betaald wordt.

Gelet op de wetgeving en evolutie rond fusies kan een nieuwe gemeente beslissen dat in het geval dezelfde activiteit van gemeentelijk belang aan verschillende dienstverlenende of opdrachthoudende verenigingen is toevertrouwd, om die activiteit, voor haar gehele grondgebied, toe te vertrouwen aan één daarvan, op voorwaarde dat een gewone meerderheid van de andere deelnemende gemeenten daarmee instemt. De gemeente die uittreedt, vergoedt de schade die haar uittreding berokkent aan de dienstverlenende of opdrachthoudende verenigingen en aan de andere vennoten. De nieuwe gemeente kan er ook voor opteren om de betrokken activiteit voor het gehele grondgebied van de nieuwe gemeente geheel of gedeeltelijk in eigen beheer te nemen onder dezelfde voorwaarden als hier genoemd.

          Mogelijkheid tot dubbel presentiegeld voorzitter EcoWerf

Het gewijzigde artikel 45 van de statuten faciliteert het dubbele presentiegeld van de voorzitter zoals voorzien door het Decreet ter versterking van de lokale democratie.

Het dubbel presentiegeld voor de voorzitter van een intergemeentelijk samenwerkingsverband werd niet overgenomen van het gemeentedecreet in het decreet over het lokale bestuur. Dit was een vergetelheid van de regelgever en er was dus niet langer een rechtsgrond waardoor het dubbel presentiegeld eveneens niet opgenomen kon worden in het Besluit van de Vlaamse Regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris. De regelgever zet dit met het wijzigingsdecreet opnieuw recht waardoor de situatie sinds 2004 opnieuw verdergezet kan worden.

Het is echter niet mogelijk dat de voorzitter een dubbel presentiegeld cumuleert en zal dus persoonlijk dienen te kiezen bij welke vereniging dit zal gebeuren. Middels een verklaring op erewoord zal de voorzitter verklaren dat hij geen dubbel presentiegeld ontvangt in een andere dienstverlenende of opdrachthoudende vereniging.

Gelet op de extra inspanningen, verantwoordelijkheden en vertegenwoordigingsbevoegdheden van een voorzitter is het gerechtvaardigd dat hij voor deze functie een dubbel presentiegeld kan ontvangen na beslissing hiertoe van de raad van bestuur.

          Presentiegeld voor vertrouwenspersonen van leden raad van bestuur

In het decreet lokaal bestuur is een expliciete rechtsgrond ingeschreven voor de betaling van een presentiegeld aan de vertrouwenspersoon die een lid bijstaat van de raad van bestuur van een dienstverlenende of een opdrachthoudende vereniging conform artikel 16 en 155 van het decreet lokaal bestuur. De mogelijkheid van het dubbel presentiegeld is ook voorzien voor de vertrouwenspersoon.

 

Besluit

 

Na beraadslaging,

23 stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Carine Goris, Patrick Vervoort, Piet De Bruyn, Nele Demuynck, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Maarten Mommaerts, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Bart De Vos, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Gert Heylen

Artikel 1:

De gemeenteraad keurt bovenvermelde agendapunten van de algemene vergadering van de opdrachthoudende vereniging EcoWerf van 15 december 2021 goed.

Artikel 2:

De aandelenherverdeling zoals voorgesteld, wordt in zijn geheel goedgekeurd (zie punt 2 van de agenda van de buitengewone algemene vergadering van EcoWerf op 15 december 2021).

Artikel 3:

De statutenwijziging wordt in zijn geheel goedgekeurd (zie punt 3 van de agenda van de buitengewone algemene vergadering van EcoWerf op 15 december 2021).

Artikel 4:

De heer Frans Vansteenbeeck, raadslid, met als plaatsvervanger mevrouw Noëlla D'Hooghe, raadslid, wordt gemandateerd om in buitengewone algemene vergadering van EcoWerf van 15 december 2021 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden) te handelen en te beslissen conform huidig besluit.

 

Publicatiedatum: 01/12/2021
Overzicht punten

Openbare zitting van 26 oktober 2021

 

Intergemeentelijke samenwerking - Iverlek - buitengewone algemene vergadering van 10 december 2021 - bepalen mandaat gemeentelijk vertegenwoordiger

 

Voorgeschiedenis

          De aangetekende brief van de opdrachthoudende vereniging Iverlek van 22 september 2021 met oproeping voor de buitengewone algemene vergadering van 10 december 2021, met bijhorende agenda en documenten.

          Het besluit van de gemeenteraad van 26 februari 2019

Patrick Vervoort en Werner Mertens worden respectievelijk aangeduid als vertegenwoordiger en plaatsvervangend vertegenwoordiger van de gemeente Rotselaar in de algemene vergadering van Iverlek voor de legislatuur van 2019-2024.

 

Feiten en context

          De gemeente Rotselaar is voor één of meerdere activiteiten aangesloten bij de opdrachthoudende vereniging Iverlek.

          Op 10 december 2021 houdt Iverlek een buitengewone algemene vergadering met volgende agendapunten:

1)      Bespreking in het kader van artikel 432 van het Vlaams decreet lokaal bestuur van de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie voor het boekjaar 2022 alsook van de door de Raad van Bestuur opgestelde begroting 2022.

2)      Vaststelling van de uitkering overeenkomstig artikel 6:114 ev WVV.

3)      (Neven)activiteiten - Aanvaarding wijziging deelnemerschap.

4)      Statutaire benoemingen.

5)      Statutaire mededelingen.

          We worden heden geconfronteerd met het coronavirus COVID-l9, waarbij het op heden niet vaststaat onder welke vorm deze buitengewone algemene vergadering zal kunnen plaatsvinden.

Gelet op de huidige federale richtlijnen alsook de politiebesluiten van de góuverneurs en de informatie via het Agentschap Binnenlands Bestuur omtrent het coronavirus COVID-19 (en de mogelijke evolutie in en aanpassing van deze richtlijnen en informatie) en de impact hiervan op onderhavige bijeenkomst kan desgevallend overgegaan worden tot het houden van een digitale buitengewone algemene vergadering indien dit noodzakelijk mocht blijken.

 

Juridische gronden

          Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, inzonderheid art. 432, alinea 3

De vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering.

          De statuten van de opdrachthoudende vereniging Iverlek, inzonderheid artikel 24.

 

Argumentatie

          Bovenvermelde agendapunten kunnen worden goedgekeurd.

 

Besluit

 

Na beraadslaging,

23 stemmen voor: Jelle Wouters, Dirk Claes, Carine Goris, Patrick Vervoort, Piet De Bruyn, Nele Demuynck, Werner Mertens, Christel Hendrix, Nico Lodewijks, Jeroen Janssens, Frans Vansteenbeeck, Jeroen Degent, Herwig Pierre, Ilse Michiels, Maarten Mommaerts, Suzy Michiels, Mia Van Cleynenbreugel, Bart De Vos, Liesbet Serneels, Heidi Pittomvils, Farida Tierens, Stella Beckx en Gert Heylen

Artikel 1:

De gemeenteraad keurt bovenvermelde agendapunten van de algemene vergadering van de opdrachthoudende vereniging Iverlek van 10 december 2021 goed.

Artikel 2:

De gemeentelijke vertegenwoordiger die zal deelnemen aan de algemene vergadering van de opdrachthoudende vereniging Iverlek op 10 december 2021 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden), wordt gemandateerd om de agendapunten goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 01/12/2021
Overzicht punten

Openbare zitting van 26 oktober 2021

 

Mondelinge vragen

 

Publicatiedatum: 01/12/2021